Het verslag van onze reis door het Zuidwesten van de Verenigde Staten
 
Het gaat hier om onze reis door Nevada, Utah, Colorado, Arizona en Californië
in de periode van 4 oktober -21 oktober 2012, die wij met ons zessen gemaakt hebben. Dat wil zeggen Maja en ik en mijn drie kinderen, Carolien met haar vriend Jurjen, Robert Jan en Sandra. Dit ter gelegenheid van mijn 70e verjaardag.
 
Onze reis telde inclusief de heen en terugvlucht 19 dagen, begon in Las Vegas en eindigde in San Francisco.
 
Onderweg deden wij de volgende NP’s en SP’s aan”: SP Valley of the Fire, Zion NP, Bryce NP, Arches NP, Canyonlands NP, Dead Horse SP, Monument Valley NP, Mesa Verde NP, Grand Canyon NP, Death Valley NP en Yosemite NP. Daarmee kruisten wij achtereenvolgens de staten Nevada, Utah, Colorado, Arizona en Californië.
 
Deze reis legden wij af in een GMC Yukon GLX. Aan het eind van de reis stond er ongeveer 4600 km op de teller en daarvoor hadden we circa 575 liter benzine verbruikt. Daar kwam dan nog 2 keer 9000 km bij aan vliegkilometers.
 
De auto was een goed alternatief voor de door ons gereserveerde Dodge Caravan, alhoewel de twee zitplaatsen achterin meer bedoeld leken voor kinderen dan voor volwassenen. Verder was het voor deze twee inzittenden moeilijk om uit te stappen, omdat een ander eerst de voorgelegen stoel moest opheffen. Het is ons nog steeds niet duidelijk waarom je niet van die shuttles voor 8 personen met een schuifdeur in Amerika  kunt huren die je daar toch bij honderden ziet rijden. Deze auto had reisbureau Globe echter niet kunnen vinden en wij zelf op Internet ook niet. Vreemd.
Deze auto bood echter meer bagageruimte dan de gereserveerde wagen.
 
Bij de voorbereidingen en ook tijdens de reis hebben wij gebruik gemaakt van de door ons geselecteerde Michelingids van Lannoo: De Groene reisgids Zuidwest-USA. 
 
De foto's zijn voor het grootste deel gemaakt door Jurjen, die als beroepsfotograaf hiervoor natuurlijk de uitverkorene was.
 
 
 
Las Vegas, 4 en 5 oktober
De vliegreis verliep best voorspoedig . De horrorverhalen waarmee Car ons amper een week nog de stuipen op het lijf had gejaagd, als dat Arkefly nog met oude kisten van twintig jaar oud zou vliegen en dat de service om van te huilen was, bleken geenszins door de werkelijkheid te worden bevestigd. We kregen zelfs een behoorlijke warme maaltijd. Het was ruim elf uur vliegen. De eerste uren duurden het langst. Maar toen we eenmaal de helft afgelegd hadden leek het steeds sneller te gaan. Boven Ijsland waren  er enkele opklaringen en kregen we een prachtig beeld van de gletsjers daar. Daarna kwam Groenland, dat ook af en toe zichtbaar was. Het is inderdaad een hele grote ijskap. Maar er steken wel overal naakte rotsen boven de ijsvlakte uit.  Werkelijk ongenaakbaar. Pas toen we bij de Canadese kust aankwamen waren we op de helft. Een uur later vlogen we boven de Hudsonbaai en nog een uur later waren we een eind ten oosten van Calgary wat het doel van onze reis van 15 jaar geleden geweest was. Las Vegas was nu nog drie uur verder.
 
Hier kwamen we om ongeveer 10.00 lokale tijd aan. Daarmee hadden we dus de nacht overgeslagen. Het vliegtuig had de zon zo ongeveer bij kunnen houden.
 
Toen we bij de incheckbalie van de autoverhuurder Alamo kwamen, zei de baliejuf dat de door ons bestelde auto eigenlijk te klein was voor zes personen met volledige bagage. Ja, dat hadden wij in Nederland ook al gevonden. Maar we hadden god beter niks groters kunnen krijgen. Car en ik hebben zowat het hele internet omgeploegd en het reisbureau opgejut. Maar nee hoor, in het Land van de 1001 mogelijkheden, dat Amerika heet te zijn, was geen auto van de door ons gewenste grootte te krijgen. En dus hadden we allemaal minimale bagage mee moeten nemen. Maja en ik hadden elk maar de helft van het toegestane gewicht meegenomen. 
 
Maar nu zei deze baliejuffrouw dat ze wel iets groters had. Natuurlijk was het ook duurder. Maar hier viel over te onderhandelen. En zo kregen wij een fraaie witte GMC Yukon GLXl voor ongeveer 300 Euro extra. Nou, dat moesten we dan dus maar doen en daar hebben we geen spijt van gehad tot nu toe. 
 
We maakten met onze aanwinst meteen een stadssightseeing om enig idee te krijgen waar we te voet zeker naar toe moesten. Het zag er niet slecht uit, dat Las Vegas. Lang niet slecht zelfs. Er staan veel prachtige gebouwen. Er is ook veel spektakel bij. Zoals een achtbaan die zich tussen de gebouwen en gedeeltelijk ogenschijnlijk zelfs dwars door sommige gebouwen slingerde.
Achtbaan Las Vegas
 Las Vegas
Las Vegas
 
Las Vegas
 
 
De leukste attractie van die avond was het waterballet op muziek van Voices bij het Cesarpalace.
 
Ook het eten bij Harley Davidson was aardig. We moesten daar even op een tafel voor zes personen op het terras wachten en gingen zo lang binnen, want het eten kon je natuurlijk beter buiten doen, om een biertje te drinken. Daar betaalde je dan wel zeven dollar voor, dus dat was toch een aardige prijs. Het voedsel was relatief een stuk goedkoper. Een deel ervan kregen we in een doggy bag mee. Daar hadden we de volgende middag nog met elkaar een halve lunch aan. Het aardige van Amerika is dat je er heel andere gerechten krijgt dan bij ons. Het eten viel ons niet tegen. We hadden ons er echter ook niet veel van voorgesteld. We hadden net de week te voren op TV een programma over overgewicht in Amerika gezien. Zestig procent van. Amerikanen zou te zwaar zijn. En getoond werd waar dat van kwam. Zo lieten ze een wedstrijd zien wie de grootste hamburger op kon. Het record stond geloof ik op een gewrocht van een paar kilo. Ik zal het nog opzoeken. In Las Vegas is zelfs een tent waar de grootste hollebollegijzen gratis kunnen eten. Het publiek mag ze dan gadeslaan en daar verdient deze zaak zijn brood mee. Typisch Amerikaans.
 
Las Vegas
 Las Vegas
 
Maar wij hebben er in Las Vegas weinig van gemerkt. Geen waggelende Wammessen Gans gezien. En in de keten van Wendy’s waar wij onze eerste lunch genoten hebben kon je ook gezonde snacks krijgen. 
 
Het hotel Days Inn Las Vegas, dat wij hadden geboekt was een motel op ongeveer 10 minuten lopen van de Strip. Het kostte niet veel en het was ook niet veel. Maar de bedden waren goed en we hebben geen last van lawaai gehad. 
 
Onze kamer kostte nog geen dertig Euro p.p. en daar was dan het ontbijt bij inbegrepen. Je moet trouwens wel uitkijken met de prijsstelling in Amerika. De meeste prijzen worden aangegeven zonder de belasting die er nog bij komt. 
 
Dat was bijvoorbeeld met dat bier in Harley Davidson. Boven de tap hangt een prijs, maar daar komt dan bij betaling nog heel wat bij. In eerste instantie kostte het biertje daar $7,5. Maar bij betaling komt er nog 18 procent "gratuity", bedieningsgeld,  bij. Een biertje kostte daarmee dus $ 8,85. Omgerekend in euro’s tegen de koers van 1,29 is dat €6,85.
Het gaat hier dan wel om een glas van ik schat 0,4 liter. Wel iets meer dan een Amsterdammertje.
 
Na het waterballet hebben we een casino bezocht in Cosmopolitan. Dit was een fraai ingericht casino. Natuurstenen vloeren . Erg mooi interieur . En vele mogelijkheden om je geld aan kwijt te raken. Ook met spellen die ik niet kende. Je kon echter ook rustig ergens gaan zitten en daar bijvoorbeeld een sigaar gaan roken als je dat wilde. 
 
casino Las Vegas
 
Het was onze laatste attractie die avond. Bijna allemaal waren we meer of minder kapot. De jongelui nog meer dan wij oudjes. Want de jongelui hadden allemaal nog tot de laatste dag hun werk gehad. Ze hadden gewoon niet meer de puf om nog naar ons hotel terug te lopen en namen daarom een taxi. Alleen San en ik bleven tot het laatste volhouden.
 
 
 
Valley of the Fire S.P.
Na een lange en gezonde nachtrust zouden we onze reis door het zuidwesten dan gaan aanvangen. Deze eerste dag zouden we via de Valley of the Fire, vlak bij Lake Mead, naar NP Zion rijden. 
 
route naar Valley of the Fire
 
 
GMC Yukon
 
 
 
 
 
 
Rob reed en die had de wagen al gauw onder controle.  We waren Las Vegas al gauw uit. Het landschap was echter nog niet zo spectaculair als 15 jaar geleden in de Saw Tooth Range in Idaho. 
Ook de toevoerweg naar State Park Valley of the Fire gaf nog niet het gevoel van wouw, maar toen we eenmaal in het park waren kwamen we wel in de ware stemming. De eerste fotostop was zeer de moeite waard en als travelmaster moest ik op zeker moment de voortgang er toch een beetje in zien te houden.
Toch was dit Statepark vooral als een warming up voor de hierna volgende driesterrenparken bedoeld. 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Zion 6 oktober
Zion NP is een diepe canyon, uitgesleten door de Virgin River. De schoonheid van het park wordt gevormd door de grote verscheidenheid in de kleur van de gesteenten en de begroeiing rond de rivier
Voor deze dag stond Zion NP op ons programma. We vertrokken van ons fraaie resort Highland Estates Resort in Mesquita. Hier beschikten wij over een aparte zitkamer plus keuken, een slaapkamer met badkamer en zelfs nog een strijkkamer. Ook bezat dit resort een fraai zwembad. Er was alleen geen ontbijtservice. Vanwege de uitgebreide keukenvoorzieningen besloten we hier dan ook gebruik van te maken en zo togen Car en Jur naar de plaatselijke Walmart. Teruggekomen hiervan verhaalde Caroline van haar vreselijke ervaringen in deze enorme winkel.
 
We hadden trouwens al vastgesteld dat je geen geld moet gaan pinnen in een winkel. Want dan wordt je afgerekend  tegen de verkoopkoers van de dollar als ware het een wisselkantoor. Op een paar honderd dollar scheelt je dat tientallen Euro’s.  We hebben dus net zo lang gevecht tot we eindelijk een bank vonden. Tot die tijd hebben we vrijwel alles met onze creditcard betaald.
 
Tekst Carolien  
 
Zion NP heeft onze verwachtingen overtuigend overtroffen. We hadden eerder gehoord dat Bryce mooier dan Zion zou zijn en Zion was het enige park met 2 Michelinsterren volgens onze Lannoogids.
 
Zion NP
 
Springdale Zion NP
 
 
 
 
 
Springdale Zion NP
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Zion NP
 
In een aardig restaurant in het nabijgelegen plaatsje raadde de uitbater ons aan om in het park de shuttle te nemen . Die bracht je naar alle attracties. Het voordeel daarvan was dat je ook daar kwam waar je met je eigen auto niet mocht komen. Dat hebben we ook gedaan en dat heeft ons niet verdroten. In Zion zagen we zodoende alle hoogtepunten langs de Zion Canyon Scenic Drive.
 
De natuur was van een haast verbijsterende schoonheid en diversiteit, zowel qua vormgeving als kleurstelling en begroeiing. Onze gezamenlijke camera’s hebben alleen al in dit park honderden keren geklikt. Zelf was ik daarbij nog eens meer dan 20 minuten aan film kwijt. 
 
Springdale Zion NP
Springdale Zion NP
 
 Bij de eindhalte van de shuttle hebben we een korte wandeling langs de beek gemaakt. 
 
Daarna zijn we terug geshuttleld en hebben toen met de auto onze route vervolgd via de Zion Mountain Carmen Highway. Even na door een tunnel gekomen te zijn vonden we nog een prachtige film-en fotolocatie.
 
Springdale Zion NP
Springdale Zion NP
 
 
 
Panquitch Inn
 
 
Hierna konden we doorrijden naar onze derde pleisterplaats, Panquitch, dat in de buurt van Bryce NP lag.
Hier logeerden we in Panquitch Inn. Dat was echt goedkoop, $ 118 voor twee kamers, dus slechts $20 p.p. Het was weliswaar amper een 2* hotel, maar de bedden waren goed. In het gehucht was slechts één eetgelegenheid, het Cowboys Smoke House. Dat was blijkbaar ook goed , want de mensen stonden buiten te wachten, tot ze aan de beurt waren. Het was een bijzonder sfeervol ding met o.a. geweldige hertengeweien aan de muur en een overleefde cowboy die zelf zijn door met doorrookte raspende stem gezongen cowboyliederen  begeleidde .
 
 
 
 
Panquitch Inn
 
 
 
 
 
Misschien was het er ook zo druk omdat het zaterdag was. Wat minder prettig tijdens het wachten  was de haast bijtende kou, die ons na het bijna  bloedwarme Las Vegas en ook lekker warme Zion rauwelijks op het lijf viel. De afgelopen middag in Zion was het nog wel 28 graden geweest. Terwijl deze plaats er toch nauwelijks honderd kilometer vandaan ligt. Die grote temperatuurverschillen zouden we nog vaker ondervinden. 
 
 
 
 
 
 
 
Tijdens het wachten in de kou hadden we nog even een leuke afleiding. Een toeterende colonne auto’s met in het midden een bus kwam de weg af en maakte een rondrit door het plaatsje. De locale footballclub had een overwinning behaald en iedereen die een auto reed acher de spelersbus aan, inclusief de vrijwillige brandweer. Rob en ik hebben ook eens zoiets meegemaakt in Australië , in een gehucht dat niet eens een crossing had zoals Panquitch, dat alleen maar een junction had.
 
 
Toen we eenmaal naar binnen konden en ons weer wat konden warmen heb ik de lekkerste sirloinsteak van mijn leven gehad, voor zover ik mij kan herinneren. Ik had hem “rare” besteld, dus zo mals mogelijk, en het was gewoon fantastisch lekker vlees. In dat geval krijg ik wel 300 gram of hoeveel hij ook geweest zal zijn, weg. We werden er ook buitengewoon  aardig bediend door een man die, ook al had hij het razend druk, ons alles geduldig uitlegde.
 
 
 
Betoverend Bryce NP , 7 oktober
Bryce NP is vooral  beroemd om zijn unieke geologische rode rotsformaties, die “hoodoos “genoemd worden. Een groot aantal hiervan zijn opgesteld in een soort amfitheaters. Ze zijn ontstaan door de inwerking van vorst en regen.
 
Bryce was niet heel ver rijden en we kwamen er tegen elf uur aan. De entree van dit park , waar we zulke hooggespannen verwachtingen van hadden, viel ons helaas nogal tegen. Er was aangeraden om de scenic drive eerst tot het eind uit te rijden en vervolgens terug de diverse attractiepunten te gaan bekijken. Dat zal vanwege de verkeersveiligheid zo geadviseerd zijn, want alle attracties lagen links van de weg.
 
De eerste tien uitzichtspunten waren weliswaar mooi, maar op een enkele uitzondering na toch niet van een “wow”gehalte. Dat kwam pas toe we bij het Brycepoint kwamen. Daar lagen namelijk de wereldberoemde amfitheaters van wat ze hier " hoodoos"  noemen.  
 
Bryce NP
 
Bryce NP
 
 Bryce
 
 
Bryce NP
 
 
Je kon hier ook wandelingen maken. Na enig overleg kozen we voor de Navajotrail. Die was 1,2 mile . Dat moest dus eigenlijk wel in ruim een uur lukken. Maar het was hier een daar tamelijk steil en samen met onze ijver "om een plaat te trekken"  zoals onze zuiderburen dat volgens Jur noemen deden we er uiteindelijk twee uur over. Maar deze wandeling was dan ook gewoon weg  “mindblowing”. Ik kan mij van mijn leven eigenlijk niet direct een mooiere wandeling herinneren en die ervaring werd door meer leden van het gezelschap gedeeld. Je liep zowel door smalle kloven en door wat bredere canyons. Hier en daar had zich een eenzame boom weten te ontwikkelen waarvan de kruin uiteindelijk tot boven de beide muren ter weerszijden had kunnen uitgroeien , op weg naar de zon. Het was een wandeling van voortdurende verrassingen. Bij een splitsing van het pad stond een bankje waar we even gingen zitten. Zagen we ineens een groundsquirrel rondscharrelen in het struweel. Het beestje was zo mak als wat. Het knabbelde naar het leek aan een schijfje appel. Het was overigens verboden om dieren te voeren, want daardoor ontwennen ze het om in eigen onderhoud te voorzien en kunnen ze in meer barre tijden, dat er geen drommen toeristen zijn, soms niet overleven. 
 
Bryce NP
 
Er liepen hier wel veel mensen. Het was hier zelfs nog drukker dan op veel alpenpaden. Het hele gebied hier is zeer toeristisch. Er zijn ook veel voorzieningen. De paden die wij gelopen hebben, “trails” geheten, waren zeer goed begaanbaar gemaakt. Hier en daar waren zelfs trappen aangelegd. Dat is toch iets wat je niet zo gauw in Amerika verwacht. Misschien is het omdat ze hier als de dood zijn om voor kwetsuren van wandelaars aansprakelijk gesteld te worden. Dat was Rob zijn idee. 
 
Bryce NP
 
Bryce NP
Bryce NP
 
 
Bryce
 
 
 
 
 
 
 
 
Bij de uitgang van het park was langs de weg een lollig cowboydorpje opgetrokken. Daar kon je als je wilde een mooie cowboyhoed kopen. Maar wat moet je daarmee in  Nederland?
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Na Bryce moesten nog een flink eind rijden om in Moab te komen, onze volgende pleisterplaats. Omdat we pas om een uur of halfvier uit Bryce waren vertrokken zouden we Moab niet voor donker kunnen halen. Zo lang we nog zicht hadden reden we door een prachtig landschap. Een tijdlang volgden we een stroom, de Sevier. Prachtige, wijdse groene velden met verspreid duizenden koeien. Zoals je je Amerika dus ook voorstelt. Toen het na zevenen echter donker begon te worden werd de rit een stuk saaier. Gelukkig hadden we geweldige muziek aan boord. Dat kwam uit de Ipod van Jur en Rob. 
 
Even goed was het een lange zit. Onderweg hebben we voor het eerst gegeten in een MacDonalds . Daar hadden ze ook salades, terwijl de beef- en hamburgers toch best van een voor onze doen normale omvang waren. Echt veel wanstaltige dikkerds hebben we nog steeds niet gezien. Misschien dat hier het wat meer sportieve deel van de bevolking toeft en afgezien daarvan, het stikt hier van de toeristen. Vooral in Moab, misschien wel de meest sportieve plaats van the States. Je kunt hier werkelijk alle outdoorsporten bedrijven die je je maar kunt voorstellen. Hiken, raften enzovoort. Omdat het hier begin oktober kennelijk toch nog hoogseizoen is was erg veel accommodatie “not vacant”.
 
Gelukkig maar dat wij dus iets gereserveerd hadden, want in donker zoeken is niks.  
Tot onze verbijstering was het kantoor waar we moesten zijn en wat me met moeite hadden kunnen vinden echter gesloten. Jezus, wat was dat nou? Het was al zo moeilijk te vinden geweest. We hadden twee keer moeten vragen. En hadden daardoor al een minder goed gevoel gekregen. In de snackbar naast het kantoor vroegen we of ze daar iets wisten. Inderdaad , er waren al meer mensen geweest. Dus moesten we om 9 uur ‘s-avonds alsnog op zoek naar accommodatie. We hadden al enkele keren bot gevangen, toen we bij een ding kwamen waar nog “vacant” stond. Maar het zag er nogal shabby uit. De vrouw die ons te woord stond leek ook niet al te geschikt? Een afgeleefd type voor wie het allemaal niet meer zo leek te hoeven. We gingen dus eerst maar even de kamer bekijken. Daarbij kwamen we voorbij een aantal kamers waarvan de bewoners de gordijnen open hadden. Zo zagen we een zwarte familie met een hond op bed verblijven. Daarmee hadden Jur en ik , die gingen kijken, het al een beetje gehad. Toen ook nog bleek dat je in de douche niet eens kon staan en dat daar rood licht brandde, kregen we het gevoel dat dit hotel ook door junks bezocht werd. Daarmee kreeg je Carolien met geen stok meer in dit hotel.
 
Je zou ja goddome in een naald kunnen trappen. We hadden al eerder gevraagd in een hotel waar ze ook nog twee kamers hadden, maar dit was erg prijzig geweest. Dat hielden we dus achter de hand voor het geval we niks anders zouden kunnen vinden. Gelukkig vonden we even buiten Moab de Riverside Inn.
 
Dit voldeed wel aan onze norm. Het was zelfs wel een gezellig hotel, omdat onze beide kamers door een deur met elkaar verbonden waren. 
Toen we ons eenmaal goed geïnstalleerd hadden was het al een uur of elf en voor ons een goede tijd om te gaan slapen. 
 
 
Maandag 8 oktober : Amazing Arches
Arches NP bevat de grootste concentratie van natuurlijke stenen bogen en nader grillige formaties van de wereld, gelegen in een rode woestijn. De bogen zijn gevormd door een combinatie van  wind-en watererosie, ijs, tektonische activiteit en een instabiele ondergrond van zout.
 
Vanochtend dus allereerst naar het kantoor van Moab Lodging Vacation Rentals waar we via Booking.com geboekt hadden en waar we gisteravond zo deerlijk onze neus hadden gestoten. Gelukkig was hun kantoor nu wel geopend. De organisatie kwam toch wel professioneel op ons over  We konden uiteraard van de twee resterende dagen van hun residentie gebruik maken. We kregen een routebeschrijving mee. Aan de hand daarvan was ons duidelijk dat we het adres de afgelopen avond in het donker hoogst waarschijnlijk niet hadden kunnen vinden.
 
Het lag in een vakantiedorp, "Rim Village" in wat the Spanish Valley heette, een paar mijl buiten Moab. Maar nu overdag was het geen enkel probleem.
Toen we aan aankwamen wachtte ons een grote verrassing. Dit was geen huisje. Dit was een residence, dat zeker gelijkwaardig was aan een Hapimag-residentie. Iedereen ging dan ook zijn dak. Zelfs de toch bijna altijd rustige Carolien liep juichend door het huis en claimde spontaan de mooiste slaapkamer. Vooral de woonkamer was een fantastische ruimte. Groot en hoog, met een open haard en een zeer moderne, uiterst goed geoutilleerde open keuken. En ook nog een grote elektrische barbecue op het terras buiten. Twee badkamers, een grote televisie en een garage met elektrisch bediende deuren. En dan nog drie slaapkamers. Wel ontzettend lullig dat we van deze residentie een dag gemist hadden. Waarschijnlijk doordat een cruciale mail mij niet bereikt had. Daar zouden we met deze verhuurder nog wel over gaan bakkeleien.
Voorlopig namen we het er van en we  gingen op het zonnige terras uitgebreid koffie drinken.
{Intussen is de huurkwestie na enige correpondentie naar onze tevredenheid opgelost, we hebben de voor de eerste dag betaalde som terug gekregen}

Kortom, dit vakantiehuis was op afstand ons beste verblijf. Vooral voor een langer verblijf zou het uitstekend geschikt zijn. Prachtig zwembad erbij. Omgerekend per persoon kwam het op afgerond       € 35, een prima prijskwaliteitsverhouding. 

Daarna ondernamen we de rit naar Arches NP. Hier zou de groep zich voor het eerst opsplitsen. De drie mannen kozen voor de wandeling naar de “Delicate Arch”, de vrouwen kozen voor een andere wandeling. De eerstgenoemde wandeling was er een van twee uur HT. Daarbij ging het primair om het aanschouwen van de zonsondergang rond “Delicate Arch”.   
 
Arches NP
 
Arches, the three sisters
Arches
 
 
Toen we na een redelijk vermoeiende wandeling hier aankwamen zat er al een behoorlijke menigte te wachten op de zonsondergang. De zon zou over ongeveer een uur ondergaan en kleurde de rotsen al in een fraai warme gloed. De menigte groeide nog steeds aan. Natuurlijk werd er heel veel gefotografeerd onder en rond die fameuze arch.
 
Arches NP
 
Arches NP
 
 
Vlak voor de zon het voor gezien wilde houden en de kleuren op zijn mooist waren kregen wij een fraaie demonstratie van waar de vrijheid van de een die van de ander gaat belemmeren. Toen alle telelenzen op de ark gericht waren wilde een jongmens zich nog eens uitgebreid onder die boog laten fotograferen. Maar niemand zat op zijn gestalte daar onder die boog te wachten. En toen het verpozen op die nu verboden, bijna heilige plek, wat al te lang duurde naar de zin van een der fotografen, begon die te roepen. Zo van “Hé, move on”.
 
Arches NP
 
 
Het duurde maar even of zijn actie werd overgenomen  door tientallen andere ongeduldigen. Het jongmens werd luidkeels uitgejoeld, weggesnauwd en weggevloekt.  Hij wist niet hoe gauw hij moest maken dat hij daar weg kwam om niet ook nog de toorn van de goden over zich heen te krijgen. Toen hij uit het zicht weg was werd er een salvo van klikkende camera’s afgevuurd. Het was jammer dat ik dit incident net niet op tijd heb kunnen filmen.  
 
Arches NP
 
Toch moet gezegd worden dat het voorkomen van één menselijke gestalte de zeggingskracht van de natuur juist sterk kan vergroten.
 
Arches NP
 
Arches NP
 
 
 
9 oktober , Canyonlands NP  en Dead Horse SP
Dit NP bestaat uit canyons en tafelbergen, ontstaan door de Coloradorivier, de Greenriver  en hun zijrivieren. Er is weinig begroeiing en mede daarom wordt het wel de “high desert “genoemd. 
 
Vanuit Moab hebben we de  tweede dag Canyonlands NP bezocht en aansluitend het daaraan grenzende Dead Horse Statepark. 
 
In Canyonlands NP hebben we het meest bezochte Island in the Sky bezocht. Hier hebben we een geweldig mooie wandeling langs de rim, de rand, gemaakt, van waaruit we majestueuze vergezichten hadden over de diepten naast ons.  
 
Canyonlands NP
 
Canyonlands NP
 
 Canyonlands NP
 
Canyonlands NP
 
Canyonlands NP
 
 
Canyonlands NP
 
Canyonlands NP
 
 
Maar nog aansprekender deze dag was het bezoek aan het Dead Horse Statepark, waar we vanaf een hoog gelegen punt, het Dead Horse Point Overlook,  het stroomdal van de Colorado konden overzien en dus ook het punt waarin deze rivier een soort hoefijzer vormt.
 
Dead Horse Point
 
Dead Horse Point
 
Dead Horse Point
 
Dead Horse Point
 
Gelukkig konden we ook hier de zonsondergang meemaken, wat een grootse ervaring was.
Je kon je goed voorstellen hoe die paarden daar indertijd dood waren gekomen. Als de legende op waarheid berustte -en dat zou heel goed kunnen- hadden cowboys daar indertijd een groot aantal mustangs verzameld die ze niet allemaal konden gebruiken.  Het deel dat ze niet konden gebruiken zonderden ze af en dreven ze naar een plateau, niet beseffend dat deze paarden daar niets te drinken hadden. Zo zouden ze allemaal de verdorstingsdood zijn gestorven, slechts een paar honderd meter boven het voorbij stromende water van de Coloradorivier.
Nu, vele paardenlevens verder, leidt het in eenzaamheid uitkijken over dit deel van het Coloradoplateu tijdens het doodgaan en in oneindigheid opgaan van de dag hier gemakkelijk tot hogere vormen van zelfmeditatie. Daarvoor hoef je echt niet naar India.
 
Dead Horse Point
 
 
Dead Horse Point
 
 
Dead Horse Point Overlook
 
 
 
 
 
10 oktober, Mesa Verde NP
Mesa Verde is een van de weinige nationale parken die het erfgoed van de oorspronkelijke bewoners,  de zogeheten Anasazi, en hun opvolgers beheert. De afstammelingen van deze volken spreken overigens van Pueblovolken. Het gaat hierbij om grotwoningen  in de canyons van Mesa Verde.
Ook heel anders dan de meeste andere parken is dat dit park een rijke begroeiing heeft, vandaar ook de naam.
Gisteren hebben we Mesa Verde bekeken. Mesa Verde betekent groene tafel. Maar omdat het nu herfst is was het meer een roodbruine tafel en met de ondergaande zon daarop gaf dat een heel speciaal fotogeniek aanzien.
 
Mesa Verde
 
 
Vandaag ging het echter niet in de eerste plaats om het landschap, maar om de cultuurhistorische schatten die hier verborgen lagen. Het gebied hier was vroeger de domicilie van het volk van de mandenmakers. 
 
 
Mesa Verde
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Het museum hier gaf een goed beeld van hoe ze denken dat het vroeger, d.w.z. rond 500 a.d hier geweest moet zijn. Het is vergelijkbaar met de overblijfselen van de Griekse en Romeinse beschaving. De locaties lagen verspreid over het hele park. De driesterrenlocatie Spruce Tree House was vlakbij. Je kon er met een ladder in een kelder afdalen die indertijd voor ceremoniële doeleinden werd gebruikt. 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Mesa Verde
 
 
Na bezichtiging hier van wilde ik nog een wandeling maken in de Canyon. Vanwege het eeuwige tijdsprobleem zouden we er tien minuten in lopen en dan weer terug. Het was er zo mooi dat ik wel een dag over zo’n pad had willen lopen. Alleen Rob en San waren mee. De anderen zouden op ons wachten. Daar hadden we niet zo’n moeite mee, want de twee fotografen in ons gezelschap hadden op hun beurt al heel wat beslag op de beschikbare tijd gelegd in deze vakantie. Carolien had Jurjen al eens de tijdvreter genoemd. Nou, ja we krijgen er een heleboel hele mooie foto’s voor terug zullen we maar denken.
 
 
 
Mesa Verde
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Vervolgens maakten we met de auto een tour langs de hoogtepunten van Mesa Verda.
Het decor werd nog verregaand verfraaid door de ondergaande zon. Een hele speciale attractie was de plotselinge ontmoeting met een hert.
 
Mesa Verde
 
 
Ook dit dier toonde geen enkele angst voor ons mensen. Het was een prachtig gezicht, zo’n dier door het struikgewas te zien schuifelen. Maar waar leefde dit hert eigenlijk van? Er was hier geen magere spriet voorhanden en waar moest het zijn drinken vandaan halen? Een eindje verder zagen we zowaar vijf herten bij elkaar, met een hertenjong tussen hen in. Gauw weer de camcorder te voorschijn gehaald. Ik haal met moeite de dag met een enkele batterij. Door al dit gewenste oponthoud slaagden we er maar ternauwernood in om het park voor zonsondergang te verlaten.
 
Mesa Verde
 
 
 
 
Do.dag 11 oktober
Op weg van Cortes naar Monument Valley N.P 
Even voorbij de grens van Utah kwamen we langs verscheidene onduidelijke nederzettingen. Vermoedelijk ging het hier om verblijfplaatsen van Navaja indianen. Want een normaal mens zou zich hier toch nooit vestigen? Het gebied leek nogal aride (droog) en in ieder geval niet geschikt voor landbouw. Misschien een beetje veeteelt. 
 
Montezuma CreekBij Montezuma Creek werd het duidelijk. Je zag hier in het benzinestation annex winkel voornamelijk Indianen bedienen en kopen. De boel was hier goed geoutilleerd. Mogelijk werden ze hier gesubsidieerd door de Staat, omdat er hier olie wordt gewonnen. Je zag namelijk overal jaknikkers, geverfd in de kleuren van het landschap. Dit benzinestation had wel een heel grote “restroom”. Als je wilde kon je dit toilet wel met je mustang in als je die bij je had.  In deze enorme ruimte overviel mij een kort moment van doodsangst. Er leek hier geen toiletpapier te zijn. Maar godzijdank zag ik na enig rondkijken toch ergens een verlossende sliert uit een apparaat koekeloeren. 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
voorbij Montezuma
 
Even voorbij deze pleister- en losplaats kwamen we voorbij een van nostalgie druipende plek waar een ”cow canyon trading post” was . Voor het bevallige gebouwtje stond trots een Buick Eight. Die was daar zestig jaar geleden of meer gestrand en in het zand weggezakt. Het interieur was volledig vergaan , een kraai zou er jaloers op zijn.
 
Aan de andere kant van de straat ontdekte Carolien deze natuurstenen verbeelding van "de kus".
 
 
na Montezuma
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Gisteren hebben we gegeten in Dry Docks, op aanraden van de uitbaatster van The White Eagle in Cortez. Het eten was hier even goed als een paar dagen geleden in dat cowboydorp Panquitch. Ook hier heb ik een werkelijk uitstekende sirloinsteak gehad. Hij kostte $15,35  ex belasting. Bij ons zou die zeker €18  gedaan hebben en dan had je ongeveer de helft van het gewicht gehad. Ik kon hem dus lang niet op en heb minstens een derde uitgedeeld. In totaal waren we voor 6 personen $110 kwijt, incl. vijf dollar fooi. Dat was een kleine fooi, maar dat kwam zo. De uitbaatster van de White Eagle had ons bonnen gegeven voor 10 procent korting. In het restaurant kwam de bediening echter zo snel met de rekening dat we die kortingsbonnen nog niet hadden laten zien. Toen we die toonden kwam er even later een nieuwe rekening. Die tot onze verbazing echter $3 hoger uitkwam i.p.v. ruim tien lager. De dame had een foutje met de belasting gemaakt, zei ze. Dat waren dus dure kortingsbonnen geworden.
 
 
 
 
Dat was gisteren. 
Vandaag zijn we vanwege de afstand naar Williams vroeg opgestaan, omdat we om uiterlijk acht uur wilden rijden en met zes mensen valt het niet mee om je aan een vooraf afgesproken timeschedule te houden.
 
 
 
 
 
onderweg
 
 
Onderweg zoefde langzaam het landschap voorbij. Na een paar dagen blijkt hierin trouwens een onveranderlijk element aanwezig. Dit is de manier waarop de mensen de omgeving gebruiken. Amerikanen settelen zich op de meest onmogelijke plaatsen. Daarbij zijn het diehard individualisten. Er moeten zelfs veel kluizenaars onder huizen, als je ziet waar ze hun bedoening optrekken. Bedoening, dat is nog het beste woord denk ik. Een woning zou ik het niet willen noemen. Dat komt vanwege de gigantische troep rond hun behuizing. Daardoor krijg je de indruk dat de woning ook een werkplaats zou kunnen zijn. Want er staan altijd een stuk of wat auto’s om heen. Er staan meer auto's , dan je aan aantal bewoners schat dat er huist. 
 
Volgens Rob doet een Amerikaan zijn auto nooit van de hand. Hij vermoedde dat het zelfs een statussymbool zou kunnen zijn. Zo van kijk eens hoeveel auto's ik al versleten heb. 
 
 
 
 
 
 
Daardoor lijken die nederzettingen die we hier vooral vandaag veel zien meer op woonwagenkampen. Maar ze hebben ook wel wat van tuinhuizencomplexen. Een normaal stenen huis kom je hier nauwelijks tegen. Maar iets wat de naam tuin verdient helemaal niet. Waar wij een gazon en bloemperken aanleggen, daar parkeren zij hun oude auto's. 
 
Het kan ook zijn dat als de rotzooi hen boven het hoofd groeit ze er een uitdragerij annex antiekzaak van maken. 
Vergeleken met ons is Nederland natuurlijk een benauwend precies aangeharkt landje, waar geen grasspriet overbodig of scheef staat. Maar hier woont dan ook bijna geen mens. 
Van planologie en welstandscommissies hebben ze hier nog nooit gehoord. Iedereen trekt zijn bedoeninkje op de plek die hem of haar goeddunkt. 
Ze wonen allemaal ver van een winkel en misschien is dat de reden dat bijna iedereen zo'n pickup bij huis heeft. Kom je bij een benzinestation annex winkel, dan zie je daar overwegend van die smerige pickups staan Ik heb er eens ingekeken, in zo'n laadbak. De meesten waren leeg of verschmutzt met garbage. 
 
 
 
 
 
 
Monument Valley NP 
 
Monument Valley NP wordt gekenmerkt door de vele unieke, roodgekleurde,  rotsformaties van 100 tot 300 meter hoog.
vrijdag 12 oktober
Vanaf Cortez naar Williams was het niet zo’n eind. Vandaar dat we Monument Valley NP hadden opgenomen in de route. Dit is het Nationale Park P waar veel films zijn genomen. De bekendse is waarschijnlijk "Once upon a time in  the West". In bijgaand filmpje is het duel tussen Charles Bronson en Henri Fonda opgenomen tegen de achtergrond van de "monumenten" van het park. Zie {youtube}DyvzfyqYms{/youtube}
 
Ook de toegangsweg naar het park komt in verschillende films voor. Daar hebben we verschillende fotoshops gemaakt, waarbij San de nodige capriolen heeft uitgehaald. Trouwens er was een daar ook een stelletje, waarvan het meisje voor haar vriend die zoals gewoonlijk de rol van fotograaf had handstandjes op de weg deed, met de monumenten als achtergrond. Het mankeerde er nog aan dat ze een salto invoerde.
 
Monument Valley NP
 
Monument Valley NP
 
Monument Valley NP
 
 
Vlak bij het park waren een aantal Indianenstalletjes. Van Indianen die daar hun spulletjes verkochten. Het spul was allemaal goed aan de prijs. Maar we hebben er toch iets gekocht. 
Daarna gingen we het park in, waarbij we tot onze ergernis $5 p.p.moesten betalen,  hoewel het toch een nationaal park was. Daarvoor vonden wij dat onze pas zou moeten gelden. Dat was dus met name een tegenvaller voor mij. Want ik zou de parkgelden betalen. Ik probeerde nog wel een beroep op het geweten van de inzittende te doen door op te merken dat het hier ging om een bijdrage voor de Indianen, maar ik werd gewoon weg geschamperd.
 
Het park had een zeer uitgebreid bezoekerscentrum inclusief een museum over de vroegere bewoners. Vanuit dit centrum kon je het boegbeeld van Monument Valley park ook al goed zien.
 
 
Monument Valley NP
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Door het park liep en elf mijl lange scenic drive over een weg die eigenlijk alleen geschikt was voor 4Wd. We besloten daar een klein deel van te rijden. Ook deze weg werd vaak gebruikt voor filmscènes en is echt heel bekend. 
Vooral San was verrukt dat ze nu eindelijk zelf op deze zou rijden. Hier had ze namelijk al jaren van gedroomd. En nu werd die droom dus werkelijkheid. 
 
Monument Valley NP
 
 
Monument Valley NP
 
 
 
 
 
 
Het was echter een vreselijke weg. Met kuilen waarop de Duitsers op het Zandvoortse strand jaloers zouden zijn. Het was geen feest voor de ingewanden. Je had wel een soort terreinwagens waar je met een man of tien de tocht kon meemaken. Maar of dat nou echt een lolletje was waag ik te betwijfelen.
Ook vanwege onze tijdsplanning hebben we daarom maar twee of drie van de aangegeven uitzichtpunten aangedaan.
 
 
Monument Valley NP
 
Monument Valley NP
 
 Monument Valley NP
 
 
 
 
Daarna was het weer verder richting Willams. Dit was de dichtstbijzijnde plaats waar we accommodatie voor de Grand Canyon konden krijgen. Flagstaff dat als meest bekende uitvalsbasis voor de Grand Canyon geldt, lag nog wat verder weg. Daar kwamen we trouwens wel door heen. Flagstaff is vooral bekend geworden door de spoorlijnen die er langs zijn getrokken. Toen we er door reden zagen we een goederentrein, getrokken door drie locs van een onafzienbare lengte. In Nederland absoluut onbestaanbaar. Het was nu nog een twintig mijl naar Williams.
 
Het viel ons op dat in deze streek heel wat betere behuizingen stonden dan in het gebied waar we voorheen door heen gekomen waren. Of dat nou kwam omdat dat gebied door de Navajo’s beheerd werd weet ik niet. Maar het verschil was wel frappant. Het kan ook komen doordat het land hier misschien meer mogelijkheden bood. Hier stond bijvoorbeeld veel bos. Het heette het gebied van de zwarte pijnbomen te zijn.
 
Williams Nevada
 
 
Vervolgens kwamen we  in het lollige plaatsje Williams. Waarom dit zo lollig is? Omdat het helemaal in  het teken van de romantiek van Route 66 staat. Deze roemruchte weg van Chicago naar Los Angeles van ongeveer 4000 km liep namelijk dwars door dit plaatsje. Deze route ontstond in 1922 door allerlei straten en provinciale wegen met elkaar te verbinden.
 
 
 
Williams
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Het stikt hier dus van de herinneringen aan die periode.  Zo aten wij gisteravond in een tent , Cruisers Cafe  66 geheten,  waar vast honderdduizenden vóór ons gezeten en gebuffeld hebben die een deel van die route afgelegd hebben. Het is net als een verloren gegane beschaving, zoals we dat ook bij Mesa Verde gezien hebben. Heel vroeger had je de beschaving van de Neanderthalers in het Neandertal, daarna kwamen de Kaninefaten in de Noordhollandse duinen en nu heb je dus de “Hamburgereters” in Amerika.
 
 
Williams
 
 
 
 
 
 
Williams Nevada
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Alleen gaat het hier om een veel recenter verleden. Een verleden waarin ook Elvis Presley prominent aanwezig was. Die prijkte levensgroot op een poster op de muur van deze tent. We hadden er even naar moeten zoeken en we moesten onderweg een paar keer schuilen voor de regen. Maar dat was geen straf, want de winkeltjes hier lagen allemaal vol met zaken die aan deze tijden deden denken. Het eten was behoorlijk, maar niet zo goed als de avond tevoren in Cortez. Daar stond tegenover dat het hier een stuk duurder was. Hier waren we $150  kwijt, tegen daar in Cortez maar $110.  Per calorie gerekend zal het echter niet veel gescheeld hebben, want de porties waren hier groter. 
  
Toch zien we nog steeds weinig dikkerds. Nou ja vanmorgen in de ontbijtzaal van Days Inn , waar we nu drie dagen logeren. Daar kwam een wijf langs ons tafeltje schommelen  met een kont die er wel aan vastgeplakt leek.  Gewoon een aangemetseld achterbalkon, waar je op kon kamperen. Ik dacht: " Snijd er gewoon een flink stuk af mens, dat zou een stuk beter staan en maakt je het lopen makkelijker."  Maar zij is nog steeds een uitzondering.
Wat ons wel opvalt is dat je nogal eens mensen ziet die met een zuurstoffles lopen. 
 
Toen we gisteravond bij ons hotel kwamen, bleek ik mijn toegangskaartjes niet meer bij mij te hebben. Ik wist (bijna) zeker dat ik ze in het borstzakje van mijn blazer had gedaan. Hoe hadden ze daar nu uit kunnen verdwijnen ?  En ik had gisteravond tijdens die regenbui ook al mijn dure paraplu gemold. Een designgeval van Voque, vorig jaar gekocht in Granada, waar het toen ook regende. Ik was doodblij dat ik hem nu toch kon gebruiken, want wie neemt er nu een paraplu mee naar de SouthWest van de States? Ik had gedacht aan San Francisco en uiteraard aan de terugkeer naar huis vanaf Schiphol. Het was altijd al een ongemakkelijk ding geweest bij het weer dichtvouwen. Eigenlijk een levensgevaarlijk ding zelfs, omdat hij de neiging had lelijk terug te schieten. Kennelijk was er nu een palletje ontzet geraakt, want hij wilde niet meer terug in het gareel. Ik heb het alle kinderen laten proberen, maar geen enen lukte het.
 
Dit onbenullige voorval in combinatie met die verklote kaartjes bracht mij tot de licht verdriet stemmende conclusie dat ik een eersteklas kluns was. Want dit stond niet op zichzelf. Vooral als je in het buitenland op vakantie bent wordt je met je klunzigheid geconfronteerd. Hoe was het niet gegaan met die kraan in waar was het ook weer? 
 
Toch wil ik hier meteen ook iets ter mijner verdediging aanvoeren. Vroeger bestond een kraan uit een zeer basic handeltje. Die kon  je naar rechts draaien en naar links. Als je naar links draaide ging de kraan open en kwam er water uit. Als je naar rechts draaide ging ie weer dicht. Dat kon je jaren achter elkaar doen zonder dat het ding ging haperen; alleen moest er om de zoveel jaren een nieuw leertje in. En dat kon je zelf doen. Moet je nu eens proberen water te krijgen. Je kijkt allereerst eens het vreemde gewrocht van chroom of een ander metaal aan en vraagt je af waar je iets kunt ontdekken wat de functie van het handeltje van vroeger zou kunnen hebben. Je merkt een of ander vaag uitsteeksel op. Je pakt het beet. Probeert het naar links te schuiven. Daarna naar rechts. Vervolgens trek je het naar je toe. Nog steeds geen water. Je duwt het van je af. Geen sjoege. Nu probeer je het hele geval eens rond te draaien. En zo zeikt dat dan nog een tijdje door. Totdat je eindelijk water hebt. Of niet natuurlijk en je iemand moet vragen. Want je durft natuurlijk niks te forceren. Met de douche en het toilet gaat het net zo. Jurjen schijnt bijna de bedieningshandel van de douche van de muur te hebben getrokken. Er had nergens gestaan dat je niet trekken moest, maar duwen of iets anders. Wat wij nogal achterlijk vonden is dat de douchekraan en temperatuurverdeler in een gadget ondergebracht zijn. Dit betekent dat je eerst koud water krijgt en dan maar moet zien dat je de hendel in het warme gebied krijgt. Kortom, je moet van buitenaf de temperatuur instellen voor je in kunt stappen. Daar zijn de Amerikanen dus redelijk achterlijk in.
 
Nou ja , ik had Maja er al voor gewaarschuwd. Dat was gebaseerd op mijn ervaringen in het Watergatehotel in Washington dertig jaar geleden of zo. Er is nog niets veranderd. Zo blijft elke vakantie weer een ontdekkingstocht
 
 
Williams (Arizona), 12 oktober
We hadden gisteravond dus regen gehad en voor vandaag waren de weersvoorspellingen niet al te best. Daarom had het geen zin om deze dag naar de Grand Canyon te gaan en zo brachten wij deze dag dus in Williams door.
We cruisten door de Mainstreet en hebben zowat alle winkeltjes aangedaan. Al met al hebben we er ook heel wat gekocht. Vooral San liet zich van haar meest kooplustige kant zien. 
 
Williams Nevada
 
 
Williams Nevada
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
De avond bracht echter het hoogtepunt van deze dag. We gingen namelijk eten in de Winchester Steakhouse. Dit steakhouse lag een beetje achteraf en was ons aanbevolen door de receptie van het Days Inn motel waar wij drie nachten verbleven. Van buiten leek het op een grote ronde boerenloods. Je kon er in door een geweerkolf op te tillen. Dat was al heel origineel. Binnen was het heel sfeervol ingericht. Het meest aansprekende was echter dat er live muziek was. Een soort cowboy die zichzelf begeleidde op een soort digitale piano. Hij heette Eric Williams en hij speelde echt goed.
 
 
Williams Nevada
 
 
 
 
 Williams Nevada
 
 
 
 
 
 
 
Williams Nevada
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Het eten liet ook niet te wensen over en de tent was behoorlijk gevuld. We kwamen echt in de stemming. Op een gegeven moment vroeg ik of hij ook  "Angie" van de Rolling Stones kon spelen en dat gebeurde ook. Het maakte iets los bij mij, zodat ik hem los van de fooi die wij hem met elkaar gaven nog een tientje toeschoof met de opmerking dat als hij in Nederland zou zijn ik hem graag voor mijn 70e verjaardag zou vragen. Dat streelde hem natuurlijk weer en zo bood hij mij een van zijn cd's aan, die daar ter verkoop lagen. Mooie muziek voor onderweg in de auto.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Grand Canyon, zaterdag 13 oktober
 
Het Grand Canyon NP staat geheel in het teken van de grootste canyon ter wereld. Hij is meer dan 1600 meter diep en 15-29 km breed over een afstand van ongeveer 465 km.
Dit alles is veroorzaakt door slechts een rivier, de Coloradorivier. Het gebied wordt verder gekenmerkt door een extreme lage luchtvochtigheid. 
Vandaag was het gelukkig weer heel wat beter weer. Hoewel wij aan het ontbijt vernamen via de daar opgestelde Tv dat het weer aardig tekeer ging in andere delen van de States. Om tien uur reden wij naar Grand Canyon Village, dat ongeveer een uur rijden was. Daar parkeerden wij de auto en maakten er vervolgens gebruik van de shuttle die ons langs de uitzichtpunten langs de South Rim voerde. We hadden bij het bezoekerscentrum gevraagd waar wij het beste konden uitstapen en te voet een stuk konden doen. 
We hadden een prachtig uitzicht. Maar om het belangrijkste van de Grand Canyon te zien, de zonsondergang, moesten we op tijd bij het daarvoor meest geschikte punt zien te komen. Dat was het Yavapoi Point.
 
Grand Canyon
 
Grand Canyon
 
Grand Canyon
 
Grand Canyon
 
 
De Grand Canyon wordt beschouwd als een van de zeven wereldwonderen en is inderdaad heel imposant. Maar allemaal vonden we dat de grote massa mensen afbreuk deed aan de beleving er van. Het is wel zeer toeristisch. Anders dan bijvoorbeeld Canyonlands, Bryce en andere parken is de Grand Canyon een pleisterplaats voor het grote publiek geworden, dat de Grand Canyon als een mustsee op het programma heeft staan, naast Disneyworld en Las Vegas. Bij het aanschouwen van de Grand Canyon hoort eigenlijk een gepast zwijgen als teken van eerbied voor de grootsheid van de natuur. Pas als je alleen aan de rand van deze canyon staat en alleen het suizen van de wind hoort en misschien het gekras van een enkele kraai, wordt de menselijke ziel geroerd. Toen ik een stel Aziaten een heleboel lawaai hoorde maken dacht ik bij mezelf: Joh, waarom ga jullie niet naar voetballen kijken? Of ga anders naar Dubai.
 
Grand Canyon
 
Grand Canyon
 
Grand Canyon
 
 Grand Canyon
Grand Canyon
Grand Canyon
 
Grand Canyon
 
Heel eerlijk gezegd viel de zonsondergang mij ook wat tegen. Het was anders als ik het in mijn herinnering nog meende te weten. Toen ik hier de vorige keer was, bijna veertig jaar geleden, had de scheiding tussen donker en licht mij veel scherper geleken. Het had toen veel dramatischer geleken, zoals het licht moest wijken voor de duisternis, die als een dief de ravijnen in sloop. Die scheiding tussen duisternis en licht had toen de scheiding tussen dood en leven geleken. Dat was nu niet zo. Ik denk dat mijn herinnering mij bedriegt. Jammer.
Toch hebben we allemaal prachtige foto’s kunnen maken en daarop hoor je niet het rumoer van het publiek. 
 
 
Hooverdam, 15 oktober
Onderweg van Williams naar Beatty kwamen we weer terug in Las Vegas, waarmee we de lus, die we gereden haddden,  weer gesloten hadden en het tweede deel van onze route, van Las Vegas naar San Francisco, gingen afleggen.
Op de heenreis hadden we de Hooverdam laten liggen, omdat dit ons toen een halve dag gekost zou hebben. Maar nu kwamen we nota bene langs. Vlak voor de entree kwamen we langs een uitzichtspunt vanwaar je Lake Mead, het stuwmeer voor de Hooverdam, kon zien liggen. Hier was het meer van een diepblauw. Veel mooier dan het tipje dat we op de heenreis in de buurt van The Valley of the Fire gezien hadden. Daar had het waterpeil toen heel laag gestaan. 
 
Lake Mead
 
Hooverdam
 
Zoals we wel verwacht hadden was het bij de Hooverdam een toeristische heksenketel. Nadat we de auto in een mammoetparkeergarage hadden gezet liepen we naar het visitorscentre. Jur en Car liepen rechtstreeks naar de Dam. Wij moesten  door een securitycheck. Want ja, een terroristische aanslag zou hier natuurlijk catastrofale gevolgen kunnen hebben. Toen we daar doorheen waren kwamen we echter bij een ticketbalie. Of we maar even $ 8 p.p wilden betalen. Wat, $8 om naar een bezoekerscentrum te mogen? Dat waren we echt niet van plan. Maar we kondfen zo te zien helemaal niet meer terug. We voelden ons in een van gelopen. Een schamele troost was dat we dan ook nog naar het observatorium konden, waar je naar beide kanten goed zicht had. Maar later zagen we dat je vanaf de dam, waar Jur en Car vrolijk naar ons liepen te zwaaien, even goed foto's kon maken. Lichtelijk opgelicht voelden wij ons dus.
 
 
 
 
 
 
 
Beatty, 15 oktober
Van Williams naar Beatty, de door ons gekozen pleisterplaats bij Death Valley NP was het 340 mile, dus ongeveer 550 km. 
We zouden Death Valley zelf die dag dus wel niet meer zien.
Het gehucht Beatty , ook in Nevada, was net zo’n soort plaatsje als Panquitch. Alleen iets groter. De entree was niet zeer veelbelovend. Tot de kruising, de enige, maar wel met verkeerslichten, zagen we alleen stacaravans en wooncabines. Het zag er allemaal nogal shabby uit. Terwijl hier toch geen Indianen zouden wonen. Toen bij de kruising links en daar zagen we al gauw The Exchange Club Motel. Hier zouden we drie nachten doorbrengen, maar hiervan hebben we er een gecanceld, omdat we dan een extra dag voor Yosemite hadden. Het zag er gelet op de omgeving niet slecht uit en de kamers vielen wel mee.
 
Beatty
 
In zo’n schietplaatsje is het altijd een probleem om aan een beetje goed voedsel te komen . Schuin tegenover lag een ding waar het misschien wel zou lukken. Er zaten daar meer mensen onder de veranda. Het was er nog lekker warm.
Jur, altijd op zoek naar willige slachtoffers voor zijn schietgrage camera, had intussen al de laatste echte cowboy van de plaats opgedoken. Lange jas, witte baard, cowboyhoed op en natuurlijk een revolver die hem wat los in de holster zat. Hij zei dat hij nog een oude vete met een maat had uit te vechten en dat zou gebeuren op het terrein naast  het eethuis. Nou, dat wilden wij wel eens meemaken. Hoe dit in het echt ging. En daar kwam zijn oude maat al opdagen, geheel gekleed in het zwart. Ze stonden op zo’n vijftien meter afstand van elkaar. The bad guy tegenover onze good guy. {youtube}hKk-JiFP5es&{/youtube}
Jammer genoeg hadden we  er niet de muziek van tijdens het duel van Charles Bronson en Henri Fonda van in Once upon a time in the west bij, maar het was toch aardig.
 
Ze stonden elkaar al een tijdje overtuigend uit te schelden tot onze cowboy plotseling zijn revolver trok. Drie, vier schoten knalden  over het terrein en ja hoor, de ander zakte langzaam in elkaar en gaf ogenschijnlijk de geest. Een ambulance heb ik niet meer gezien ,want wij gingen eten. Later zouden we er nog op drinken.
 
Overigens zag ik recent in een TV-uitzending met Maarten van Rossum over Amerika dat die in de talloze westernfilms zo opgehemelde cowboy- en indianenromantiek voor het allergrootste deel een opgeklopte toestand is geweest en dat het werkelijk leven in die tijd hard en saai moet zijn geweest. 
 
 
 
Beatty
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Het bleek dat het eethuis, een restaurant wil ik het niet noemen, die heb je in het wilde westen, waar we nu waren, niet, geen meel genoeg meer had voor zes pizza’s. Er was nog maar beslag voor twee. Nou vooruit dan maar, we konden we er altijd nog een hamburger achteraan nemen. Na een kwartier kwamen ze eerst de ene pizza brengen, zo groot zo wat als een wagenwiel, en daarna de ander, net zo groot. Nou, daar hadden we die avond meer dan genoeg aan. Wat we niet op kregen konden we in een doggybag meekrijgen.
 
Beatty
 
 
 
Na het eten, het was toen negen uur of zo en wat moet je dan verder, liepen we de naastgelegen wildwestsaloon binnen, waar een gezellige drukte heerste. Daar in de drukte kwamen we ook onze cowboy weer tegen. Die was zich daar lichtjes aan het bezatten. Ik bood hem een whisky aan en nam er zelf ook een en raakte zo met hem in gesprek. Bleek dat hij de zelfde maand als ik ook zeventig zou worden. Dat leverde een schok van verbroedering en hij noemde zich toen “mijn  jonge vriend”.
 
 
Beatty
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Want ik was net een paar weken ouder dan hij. Daar moest natuurlijk ook weer op gedronken worden en zo werd het nog een lollige avond.
Hij vertelde dat hij twee kleinzonen had die hij de kneepjes van  het cowboyschap al aan het bijbrengen was.  
 
 

 

Beatty

 

 

Death Valley NP

Death Valley is een van de heetste plekken van de aarde. Dat komt mede doordat het grotendeels beneden zeeniveau ligt. Het gebied omvat zowel prachtige zandduinen, woestijnlandschappen en ook uitzonderlijke mooie rotsformaties. Daarmee is het een van de meest veelzijdige natuurparken van de V.S.

Letterlijk vertaald betekent Death Valley: Vallei des Doods. Die naam heeft het te danken aan het feit dat het tot de meest mensvijandige plekken op onze planeet wordt gerekend. In ieder geval door de kolonisten die er halverwege de 19e eeuw door heen trokken, op weg naar Californië.

Dat komt omdat het een van de heetste plekken op aarde is. In de zomer kan de temperatuur er oplopen tot boven de 50 graden celsius. Dat is een levensgevaarlijke temperatuur, omdat het menselijk lichaam bij zo’n temperatuur in tien minuten al uitgedroogd kan zijn. Nog afgelopen zomer is in een naburig park een Nederlands echtpaar omgekomen. Ze waren van de gangbare weg afgeweken en waren volgens de politie met hun auto vermoedelijk in mul zand terecht gekomen en daarna te voet verder gegaan. Hun lichamen waren op slechts een paar kilometer van de gestrande auto gevonden. De vrouw had het nog een kilometer langer uitgehouden dan haar man. Zo snel verloopt die uitdroging.
Ook in Death Valley, dat nog veel heter is, gebeuren de meeste dodelijke ongelukken met gestrande auto’s.

Behalve dat het er zinderend heet is, is het in Death Valley ook extreem droog. Deze Vallei des Doods voldoet daarmee royaal aan het belangrijkste criterium van een woestijn. Die is dat er jaarlijks meer vocht verdampt dan er aan neerslag valt.
De gemiddelde hoogste temperatuur in juli is 46 graden Celsius. De laagste is 31 graden.
In de maand oktober dat wij er waren zijn die gemiddelden 33 en 16 graden. De hoogste ooit gemeten temperatuur was op 13 juli 1913. Toen steeg het kwik tot 57 graden. Deze temperatuur werd gemeten op het officiële weerstation, gevestigd in “Furnace Creek”. Een toepasselijke naam voor een hete hel.

In de zomer moet je er dan ook niet zijn. In de informatiekrant van het park wordt aangeraden om dan tenminste 4 liter water per dag te drinken en alleen met een goed onderhouden auto deze vallei in te trekken. Lange tijd is het zelfs verboden geweest om het gebied ’s-zomers te betreden.

Dat allemaal gelezen hebbende reden wij de volgende ochtend naar Death Valley wat vanaf Beatty nog zo’n veertig kilometer rijden was. Van achter uit de auto werd er bezorgd geïnformeerd of we wel genoeg benzine hadden, want we zouden nu naar zo’n beetje het meest onherbergzame gebied. Sandra had zelf al voor nog eens een extra jerrycan drinkwater gezorgd.

Met onze voorraad achter in de auto konden we echter wel een stel kamelen laven, als we die bij ons hadden gehad. Maar dat was helemaal niet nodig want er liep een keurige geasfalteerde weg door deze woestijn. Eigenlijk hoort dat niet hier, geasfalteerde wegen. In Australië zou je nu op een gravelweg gereden hebben.
Er reden hier gelukkig niet veel andere auto’s. Maar een eind verder zagen we ineens een kleine opstopping. Daar stonden toch zeker tien auto’s ergens voor te wachten. Naderbij gekomen bleek dat niet voor overkruipende ratelslangen te zijn, maar vanwege wegwerkzaamheden. Ze waren het asfalt aan het vernieuwen en het verkeer kon van slechts één rijstrook gebruik maken. Ik vond het wel een afknapper. Zo heb je toch niet het idee dat je ergens in de wildernis toeft? Aan elk eind van de wegwerkzaamheden stond een kerel om het verkeer te reguleren. Wat een lol om hier de hele dag in die hitte van nu oktober steeds nog 35 graden te staan.
Dat zou wat wezen, om in de zomer hier met je blote voeten die asfaltweg over te steken. Zou er iemand de overkant halen? Ik denk het niet.

Death Valley

 

 

Intussen was de bezorgdheid om de beschikbare hoeveelheid benzine nog niet geluwd, integendeel. Ik was niet in staat om de angsten van San weg te nemen en daarom hebben we dan in vredesnaam vier gallon bijgetankt in het station bij het bezoekerscentrum in Furnace Creek. Slechts 4 gallon omdat die benzine hier bijna net zo duur was als vloeibaar goud. Die extra kosten hebben we daarom uit de huishoudpot gefinancierd.

 

Daarna hebben we onder de veranda even een snackje en een frisje tot ons genomen en hebben we het museum bezocht. Buiten stonden nog enkele vervoersmiddelen uit de 19e eeuw opgesteld, waarmee in die tijd borax, een soort zout, uit de nabijgelegen Boraxmijnen werd vervoerd.

 

 

 

Death Valley

 

Vanwege de extreme natuurlijke omstandigheden zie je in het grootste deel van Death Valley niets van natuurlijke begroeiing. De natuur lijkt er dus dood en daar heeft Death Valley dan ook haar naam aan te danken.

Toch is er wel leven in deze woestijn, als is dat heel anders als wij gewend zijn. Er komen behoorlijk wat gevaarlijke dieren voor. Zo wordt er voor gewaarschuwd om je handen en voeten niet ergens te plaatsen als je niet eerst gezien hebt waar je die plaatst. Een dodelijke beet van een ratelslang, schorpioen of zwarte weduwe is anders allesbehalve denkbeeldig.

Een van de hoogtepunten en ook van de hoogste punten, die we bezocht hebben, was Dante’s View.
Dante was een Italiaanse dichter die in zijn Divina Commedia zijn reis door de hel en het vagevuur naar het paradijs beschreven heeft. Vanaf dit hoge punt zie hemel en hel tegelijk. Je hebt er een paradijselijk uitzicht op het wijde landschap met daarin de hel.

Death Valley

 Dantes View

Zo zou je tenminste de hete zoutvlakte van Bad Water kunnen beschouwen. Verraderlijk ook. Toen we daar een uur later langs reden, over de Bad Water Road zagen we op een bepaald punt het “bad water”, het zout dus, dicht langs de weg liggen. Een 150 meter leek het. Nou, dan kunnen wij wel even naar de rand lopen. Net als wanneer je aan zee bent wil je even naar de vloedlijn. In dit terrein, dat afliep, bleek de werkelijke afstand echter een veelvoud van wat we dachten dat het was. Ik heb er zeker tien minuten stevig voor moeten lopen. De anderen waren zelfs al afgehaakt. Wat een watjes, het was er "maar" 36 graden (celsius). Moet je ’s-zomers komen. Dan ben je na tien minuten zonder drinken ,bij 50 graden, al uitgedroogd. Ik had nu geen water bij me. Het was immers maar een paar honderd meter dacht ik. Gelukkig was het geen 50 graden, maar “slechts” 36. Toch liep ik hier nu in de “hel op aarde”.

Bad Water Death Valley

 

Death Valley

 

Toch blijkt er in deze ongenaakbare woestijn leven mogelijk te zijn. Als ergens de onvoorstelbare kracht van het leven blijkt dan is het wel hier in Death Valley. Hoe kan hier een plant groeien? Maar nog onwerkelijker waren die twee hoge pijnbomen in de diepe canyon van Bryce geweest, dei we tiojdne sonze toch langs de Navajatrail waren tegen gekomen. Daar waren ooit, misschien wel honderd jaar geleden, twee pijnboomzaadjes op de rotsen gevallen en daar ontsproten. Nu is dat nog wel voorstelbaar, maar dat ze er dan in slagen om wortel te schieten en tot een boom van dertig, veertig meter hoog uit te groeien is wel bijna onvoorstelbaar. Waar haalde zo'n boom de voedingsstoffen vandaan? De drang tot leven was zo groot dat de boom tot boven de canyon uitgroeide. Tot hij de volle zon ving en daar zijn takken kon uitspreiden. Je zag daar ook het bewijs dat het leven sterker is dan dode materie, want de wortels van de boom hadden de rotsbodem gespleten en verpulverd.

 

 

Death Valley Bad Water

 link videofilmpje toerit naar en uitzicht vanaf Dantes View:

 https://www.youtube.com/watch?v=E2U3goTBN34


Een ander tot de verbeelding sprekend punt was "Zabriskie’s Point". Wie Zabriskie was heb ik niet kunnen achterhalen. Niet die wielrenner neem ik aan, die Google oplevert.

Zabriskies Point

Zabriskies Point is een van de meest tot de verbeelding sprekende plaatsen die ik ooit heb mogen zien. Hier moet de aarde zich indertijd, bijna twee miljard jaar geleden, letterlijk binnenstebuiten hebben gekeerd. Alles is er toen uitgekomen en langzaam gestold. In alle kleuren en vormen die je maar kunt bedenken. Toen dat nog aan de gang was moet het hier een fascinerend inferno geweest zijn. Een proces dat miljoenen jaren geduurd heeft.

Zabriskies Point

Zabriskies Point

 

Zabriskies Point

Death Valley

Death Valley

 

Door al deze hoogtepunten te willen ondergaan kwam de beschikbare tijd om ook nog de zonsondergang op de Mesquite Sand Dunes te kunnen meemaken , danig in de verdrukking. We baalden dan ook flink toen we op de terugweg opnieuw bij die wegwerkzaamheden moesten wachten. Die zou ons toch niet de zonsondergang op de Mesquite Flat Sand Dunes door de neus moeten boren. Gelukkig konden we er toch nog een flinke staart van meepikken. Een fantastische belevenis. We hebben er hele mooie opnamen van kunnen maken.

Mesquite Sand Dunes

{youtube}Lhlw7vhNU&{/youtube}

 

Mesquite Sand Dunes

Mesquite Sand Dunes


Jammer dat hier ook weer vertier makende groepen jongeren de beleving afbreuk deden. Is er dan niks heiligs meer?

 
 
Van Beatty naar Mammoth Lakes, 15 oktober.
Vandaag reeds Carolien. Toen we wegreden uit Beatty gaf de boordcomputer aan dat wij nog 240 km konden rijden. 
Op de teller stond dat we nog 120 km konden rijden. En volgens de navigator van Rob was het eerstvolgende tankstation 58 mile, dat is ongeveer 90 kilometer. Niets verontrustends. Maar erg veel speling hadden we nu ook weer niet. We hadden eigenlijk wel beter in Beatty kunnen tanken. Maar de dames wilden niet in het ontbijtrestaurant plassen en omdat er verder in de buurt geen sanitaire voorzieningen voorhanden leken, besloten we dan dat plassen bij het eerstvolgende benzinestation te doen en dan zouden we daar tanken. Maar we waren dat nog steeds niet tegen gekomen. En aangezien de automotor helaas niet op damespies kan rijden werden we in  toenemende mate met een tweeledig probleem geconfronteerd. De blaas van betrokkenen raakte voller en voller, terwijl tegelijk de tank van de auto leger en leger werd. We hadden nu al honderd kilometer gereden zonder een benzinepomp te hebben gezien.
 
Carolien had echter een nog nijpender probleem: grote boodschap. De aflevering daarvan kon  eigenlijk niet wachten. De nood van Carolien, die dus reed,  werd op zeker moment echter nog een tandje hoger doordat zij tot haar schrik constateerde dat de beschikbare benzinevoorraad razendsnel terugviel. Het leek wel of de tank lekte. En dat terwijl wij, na een steile klim, nu voortdurend daalden. Hoe kon dat? Was dat omdat de auto nu zwaar op de motor moest remmen? Of leek het alleen maar zo omdat de tank natuurlijk niet meer horizontaal stond? Binnen tien minuten was de beschikbare voorraad afgenomen van 120 km naar 80 km. Niemand genoot nu nog van het bijzonder mooie berglandschap. De angst dat we het niet zouden redden was nu net zo groot als de angst van Car dat zij het ook met haar meer persoonlijke missie niet zou redden. Zij had al bijna volledige ontsluiting en dreigde te worden opgekrikt door haar tijdelijke onderdaan. De rest van het gezelschap had het intussen spaans benauwd dat we zouden stranden en de benzinepomp in Big Pine niet zouden bereiken. Als travelmaster had ik al een emergency planning opgemaakt.  
 
Als we nu zouden stranden, zouden een of twee van ons 15 km moeten lopen en in Big Pine een jerrycan kopen , met tuit. Mogelijk zouden we naar Big Pine een lift kunnen krijgen, al hadden we op deze weg nog bijna geen sterveling zien rijden.  Als ons echter iemand achterop zou rijden, zou hij ons wel meenemen, want Amerikanen zijn in het algemeen erg vriendelijke en behulpzame mensen. 
 
Intussen had Jur het stuur overgenomen. Hij had wat meer bergervaring met auto’s en remde zo weinig mogelijk op de motor. Die begon nog niet te sputteren en na een aantal bochten was het nog maar 10 km naar Big Pine. Dus al weer een uur minder lang lopen. Met de kilometer daalde de angstgraad. Tot we in Big Pine waren en er daar wel drie tankstations  bleken te zijn. Zo kon Carolien lossen en wij de autotank weer laden. 
 
Tot mijn schrik bleek de benzine hier echter aanzienlijk duurder te zijn dan in Nevada. Kostte die daar iets van $ 3,89 per gallon; hier in Californië was het $5,35. Dat scheelde meer dan een slok op een borrel. Maar als je het omrekent in Euro’s per liter is het nog maar  € 0,86 resp 1,09 per liter. Uiteindelijk was je  met die benzineslurpende minivan dus niet meer aan brandstof kwijt dan in Nederland met je eigen zuinige autootje.
 
Lee ViningToen moesten we nog naar Mammoth Lakes. Omdat we een nacht in Williams gecanceld hadden, die we graag in Yosemite wilden besteden, hadden we al geprobeerd via internet een extra dag te boeken bij het hotel in Mammoth Lakes. Het was echter niet geheel duidelijk of dit gelukt was.  Intussen waren we er echter achter gekomen dat het vanaf hier naar Yosemite Village 2,5 uur rijden was. Dat was veel meer dan we gedacht hadden bij het reserveren. Gelukkig bleek bij aankomst dat de reservering niet was doorgekomen. Eventueel konden we wel een nacht bijboeken. Zodoende konden we nu proberen een plek dichter bij het park te vinden.  Dat werd Lee Vining.
 
 
 
Yosemie NP, 16-18 oktober
Yosemite NP ligt in de Sierra Nevada en is ontstaan door glaciale erosie. Het staat bekend om zijn hoge watervallen, wilde rivieren en om zijn alpenweiden en hoge sequoia’s. Tot diep in het voorjaar zijn grote delen ontoegankelijk vanwege de sneeuw.
 
Vanuit Lee Vining was het naar de entree van het park 11 mijl. Je kwam dan op de Tiogaroad. Dit is een van de hoogst gelegen wegen van de Verenigde Staten. Tot meer dan 3000 meter hoog. Je hebt er dan ook veel prachtige uitzichtspunten, zoals het Olmstedpoint. Vanaf de weg kun  je ook vele wandelingen maken. De eerste middag hebben Rob, Jur en ik de wandeling naar Dog Lake gedaan. Vanaf de Tiogaroad direct zichtbaar heb je echter de Mammoth Lakes en het Tenaya Lake.
 
Yosemite, Dog Lake
 
 Yosemite Dog Lake
 
 
Yosemite Dog Lake
 
 
De dames haakten halverwege af. Het leek toch verder dan was aangegeven en was hier en daar tamelijk zwaar. Het valt wel op dat de aangegeven lengte in mijlen toch vaak meer tijd vraagt dan gedacht. 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Yosemite Tuolumne MeadowsOp de terugweg zagen we aan de andere kant van een kleine grasvlakte een coyote. Mooi. Tot dan hadden we nog slechts groundsquirrels, gibbons en herten gezien. De vrouwen hadden intussen een wandeling gemaakt over een stukje van de Tuolumne Meadows. Volgens onze Lannoogids zou dit de grootste subalpiene grasvlakte van de Sierra Nevada zijn, bezaaid met naaldbomen en doorsneden door de Tuolumnerivier. ´s-Avonds was het een wedstrijd wie de mooiste foto´s had gemaakt. Wij van het Doglake of zij van de ondergaande zon op de Tuolumne Meadows.
 
 
 Yosemite Tuolumne Meadows
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Yosemite Tiogaroad
Yosemite
 
Yosemite Tiogaroad
 
Yosemite Tiogaroad
 
Yosemite Tiogaroad
 
 
 
Yosemite Tiogaroad
 
 
 
De volgende dag hadden we helemaal voor Yosemite. We wilden nu de grote trekpleisters van het park zien. Dat wil zeggen de Half Dome en de Capitan. Dat zijn twee enorme beeld bepalende monolieten. Van een van deze monolitieten, de Half Dome, heb ik nog een Amerikaanse postzegel. Het is in het algemeen zeer de moeite waard de schoonheden van een land die zijn afgebeeld op een postzegel, te bezoeken. Dit zou er weer een worden.
 
Het was een lange rit, want het was helemaal aan het ander eind van het park. Die 2,5 uur rijden naar Yosemite Village bestond voor twee uur uit het rijden over de hoge Tiogaroad. Die overigens het grootste deel van het jaar niet toegankelijk is.  
 
Yosemite Tiogaroad
 
Toen we er eenmaal waren viel het ons allemaal echter niet mee.  Het was er enorm druk. Je reed meer tussen uitgestrekte parkeerplaatsen en campings dan tussen de natuur. Dus hoe druk zou het hier dan wel niet zijn in het hoogseizoen zijn? Het was er een wirwar van wegen, die voor een deel eenrichtingsverkeer waren en waar de bewegwijzering naar onze mening zwaar te wensen overliet. We hebben er heel wat tijd met heen en weer rijden verdaan. 
 
Yosemite Valley
 
 
Het was nu, medio oktober, niet het meest geschikte jaargetijde voor dit park. Want een van de grootste attracties van Yosemite , de watervallen, lagen nu grotendeels droog. De beste tijd voor dit park is het late voorjaar, als een groot deel van de sneeuw gesmolten is en de watervallen goed voorzien zijn. Bovendien bloeit er dan meer.
Waarschijnlijk komt Yosemite veel meer uit de verf als je er in mei of juni een hele week voor uit trekt en dan een aantal langere hikingtochten maakt.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Yosemite Valley
 
Yosemite Valley
 
Yosemite Valley
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Yosemite Valley
 
Yosemite Valley
 
Yosemite Valley
 
Yosemite Valley
 
Yosemite Valley
 
 
 
 
San Francisco , 18-21 oktober
Vandaag, 18 oktober, vertrokken we uit Mammoth Lakes. Hoewel het appartement er goed uit had gezien was het sofabed niet voor volwassenen geschikt geweest. Car en Rob hadden er beroerd op gelegen. Dus moesten we maar eens reclameren. Dit leverde echter niet veel op. De receptie wilde ons slechts $20 korting geven. Reden voor een slechte beoordeling bij booking.com.
Daarmee was Juniper Spring onze enige accommodatie met een onvoldoende beoordeling. Afgezien dan van de miscommunicatie over het appartement in Moab. 
 
Als nieuw te bezichtigen attractie had Jur voorgesteld om de “tufa’s”aan het  Monolakemeer te bezoeken. Het Monolakemeer hadden we vanuit ons slaapadres in Lee Vining al kunnen zien liggen. Het had twee Michelinsterren , dus was zeker een kleine omweg waard.  Tufa’s zijn tufsteenzuilen. Het zijn van origine versteende kalkfonteinen. Heel apart. Het heeft er mee te maken dat dit gebied geen afvoer heeft naar de Oceaan. Dat maakt ook dat het zoutgehalte in dit meer 2,5 keer zo hoog is als dat van de zee. Daarmee is het een zustermeer van het grote zoutmeer bij Salt Lake City.
 
Monolake Californië
 
We reden hierna voor de vierde keer door Yosemite NP. Doel van deze ochtend waren de grote sequoia’s in Tuolumne Grove, in het noordwestelijk deel van het park. Hier kon je in een wandeling van ongeveer een uur een aantal van deze moeder van alle bomen zien. Interessant was dat sequoia’s baat hebben bij vuur. Vuur levert namelijk nieuwe voedingsstoffen op. 
De grootste boom hier was de Dead Giant , een dode boom, waar je doorheen kon lopen. De tunnel was wel zo breed dat je er ook met een auto door zou hebben gekund.
 
Yosemite Tuolumne Grove
 
Yosemite Tuolumne Grove 
 
Yosemite Tuolumne Grove
 
Yosemite Tuolumne Grove
 
 
Groveland  Californië
 
 
Een eind voorbij Yosemite veranderde het landschap drastisch. Het land werd duidelijk vruchtbaarder. Het leek hier wel Nederland. Groenige weiden met Nederlands vee. Even later kwam het Californië van de eindeloze boom-en fruitgaarden. Dit deel van Californië moet wel een van de fruitschuren van de wereld zijn. Ook zagen we na enige tijd wijnstokken, ook al stonden ze niet op hellingen. Dat hoefde zeker niet, want overdag was het hier nog wel een dertig graden. Hier werd blijkbaar de Californische wijn geproduceerd , waarvan we tijdens deze reis al enige malen genoten hadden. Het eten mag dan dooreen genomen van  matige kwaliteit zijn; de daarbij geserveerde wijn was doorgaans van uitstekende kwaliteit geweest.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Groveland Californië
 
 
Onderweg kwamen we door een plaats met veel engelsachtig aandoende cottages. Mooie grote houten huizen. Even buiten het centrum zag ik ineens RABO-bank.  He, had onze RABO hier een vestiging? We keerden en stopten bij het pand. Rob wilde hier zijn Amerikaanse collega’s wel eens even begroeten. Dat verliep wel aardig en we keerden met enkele “goodies” van deze Amerikaanse dochter weer naar de auto.
 
Na het Hollands aandoende landschap kregen we een eindeloze rij weer kale heuvelruggen. Daar stonden even zo vele kleine windmolens op te draaien in een schijnbaar ordeloos onderling verband. Het viel op dat er zeker 10% niet operationeel was.  
 
Een eind verder moesten we weer eens tanken en wat levensbenodigdheden inslaan. Dat was een minder goed adres naar bleek.
Rob vertelt……………………..
 
 
 
 
 
San Francisco City Hall
 
Ten slotte kwamen we dan in  het sterk geürbaniseerde gebied , dat al tientallen kilometers voor San Francisco begint. In Oakdale wedr ook het verkeer al zeer intensief. Maar wat ik in San Francisco downtown meemaakte sloeg in mijn herinnering alles wat ik ooit aan verkeerscongestie gezien heb.  Een werkelijk onafzienbare slang van verscheidene rijen dik. Zes rijen aan weerszijden telde ik. Later werden het er nog veel meer en het ging steeds langzamer rijden. Toch was het al zeven uur in de avond.  Kortom, het was veel erger dan rond Amsterdam, dat qua inwonertal toch ongeveer even groot is als San Francisco. 
Zo werd het toch weer een lange zit deze dag. Voor de Oaklandbridge moesten we tol betalen. Die tol was een van de oorzaken van de opstopping. Maar ook daarna bleef het nog een tijdje druk. Zodoende kwamen we pas na achten aan bij het Motor Lodge Motel in de Eddystreet.  
 
 
 
 
 
 
 
 
Dit motel viel niet tegen en je kon  je auto er goed en veilig kwijt. Na ons geïnstalleerd te hebben liepen we de stad nog eens even in. Het bleek dat we vlak bij de townhall zaten. Dit was een mooi, karakteristiek gebouw. Jammer alleen dat er grootscheeps reconstructiewerkzaamheden aan de weg erlangs uitgevoerd werden.
Verder werd het plein ertegenover ingenomen  door grote tenten en vrachtwagens van mediaorganisaties. Het bleek namelijk dat in het Concertgebouw op de hoek Bob Dylan een concert gaf. Hij was net een uur voor onze aankomst begonnen. Dit optreden was in het Billy Graham Civic Auditorium, genoemd naar de bekende evangelist.
 
Een paar straten verder troffen we een aardige inn, waar we een drankje namen. Deze tent had geen buitendeuren. Je liep er gewoon door een gat in de muur naar binnen. Het was bepaald geen chique tent, maar het had wel een aparte sfeer. Aan de muur hingen allemaal platen en foto’s van oude Amerikaanse beroemdheden. Dat zie je veel in dit land. Ook in Williams was ons dit al opgevallen.  Op Fisherman Warf, de volgende dag, kon je zelfs de hoed van oud-president Johnson kopen. Daar vroegen ze $6995 voor.  Johnson is voor Amerika een van de belangrijkste presidenten geweest. Hij was de man van The Great Society, waarvoor hij een grootscheepse campagne gericht op onderwijs, sociale zekerheid en gezondheidszorg en tegen armoede en criminaliteit begon. 
 
De zes drankjes die we hier namen, waaronder een belachelijk vol glas Daniels Whisky voor mij, kostte slechts $22. Het is maar net waar je zit. In een Grand Café , in een andere wijk kostte een glas wijn $8.
Achteraf hadden we hier geloof ik nog wel een fooi moeten geven. Het is nogal verwarrend met de nota’s die je krijgt. Soms staat er specifiek een bedrag voor “gratuity”. Meestal is dat 18%. Maar ook heel vaak is dat niet berekend. Verder wordt de belasting ook nog apart berekend. Het wordt zodoende een heel gereken als je een gezamenlijke rekening wilt verdelen, als niet iedereen ongeveer het zelfde heeft besteed. Meestal wordt je de rekening tegelijk met het laatste gerecht gebracht. Dat is aan een kant wel gemakkelijk, maar het wekt ook de indruk dat je dan nu ook maar weg moet wezen. Het gevoel dat je in  een Amerikaans restaurant alleen voor het eten en drinken komt en minder voor de gezelligheid en ambiance wordt  nog versterkt doordat ze je het servies zo wat onder je vandaan trekken. Ik als langzame peuzelaar zit dan al gauw helemaal allen met mijn servies en bestek. Het is dan net of iedereen er op zit te wachten dat je ook klaar bent en kunt vertrekken.  
Maar dat Amerika niet het land is waar je gemakkelijk gelegenheden vindt waar je  gezellig en gevarieerd kunt eten wisten we natuurlijk al. Na een paar week ga ja dan ook behoorlijk uitzien naar de restaurants in landen waar men wat meer het savoir vivre  inhoud weet te geven. 
 
Toen we deze kroeg hadden verlaten kwamen we even voorbij een ander etablissementje , waarin zich een vreemd uitgedost mens ophield. Het was een enorm dikke travestiet, een man verkleed als dikke negerin met een grote pruik, in hotpants die strak om het enorme achterwerk klemden. Hier staat San Francisco om bekend; om zijn vrijheid en tolerantie. Indertijd was het ook de stad van de hippies en was het gay-stad nummer een.
 
San Francisco Tenderloin
 
 
Dat die tolerantie ook een keerzijde had bleek ons de volgende ochtend. 
Toen moesten Rob en ik namelijk de auto afleveren. Dat was in de Farrelstreet , slechtst een paar straten  van ons hotel verwijderd. Wij konden dus gemakkelijk teruglopen.  Dat doende bleken we door het stadsgedeelte dat wordt aangeduid met Tenderloin te lopen.
Het viel al bijna direct op dat we hier zoveel “lonely wolves” tegen kwamen. Het leek wel of we in een enorm grote open inrichting terecht waren gekomen. Ik heb nog nooit ergens  in een stad zo’n zielige verzameling exemplaren van de  menselijke soort bij elkaar gezien. Het waren bedelaars, halve en hele verslaafden, afgekickten, die er als zombies bij liepen. Hier en daar lagen ze ergens gewoon op het troittoir. Maar de meesten liepen ergens heen. Waarheen? Als je ze passeerde of ze liepen jou voorbij , dan zagen ze je niet eens. De meesten waren oud . Zij waren naar het leek de overleefde hippies van de jaren zestig.. Natuurlijk stonden er hier en daar ook hoeren, maar heel duidelijk was dat niet, omdat ze erg passief waren. Ten slotte kwam je ook jongere mannen tegen , alleen of in kleine groepjes ,die rondhingen.  Dat zouden potentiele straatrovers kunnen zijn. Het hier in deze wijk lopen leverde een heel vreemde gewaarwording op. Ik maakte mezelf wijs dat het natuurlijk een gewone doordeweekse ochtend was en dat de meeste mensen gewoon aan het werk waren.  Onze eerste indruk van San Francisco was daarmee niet een bepaald positieve. Dit was een shabby stad. Een stad op haar retour.
Toen wij bij ons hotel terugkwamen en later de dame van de receptie, een vriendelijke oudere Chinese, de weg naar Union Square vroegen, zei ze dat we een beetje moesten omlopen omdat  we anders door het slechte deel van de stad kwamen. Dat was dus waar wij net vandaan waren gekomen. Toch hadden wij in deze wijk ook een hotel van Hilton zien staan.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
San Francisco Union Square
 
 
Later die ochtend liepen wij naar Union Square, dat in de Lannoogids als het downtown van S.F werd omschreven en omgeven zou zijn door prestigieuze winkels en hotels. Dat klopte wel min of meer. Vooral de kant van Market op, een van de belangrijkste straten van San Francisco, toonde allure. Het plein zelf, Union Square dus , kon ons echter maar matig bekoren. Het was niet riojk bedeeld met stedebouwkundig schoon. Het was dat daar op het plein een soort expositie gehouden werd, anders was het er maar een kale boel geweest. Zoiets als de noordkant van de Grote Markt van Groningen. 
 
 
 San Francisco Union Square
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Vanaf Union Square kon je via de Powell street naar het beginpunt van de beroemde Cablecar lopen en daar een kaartje kopen naar Fisherman Warf. Erg gewild bij toeristen. We moesten wel een klein half uur in de rij staan voor we er in konden. Het was een behoorlijk eind rijden en onderweg stapten er ook veel eigen bewoners in, waardoor de tram afgeladen vol raakte.  
 
San Francisco Union Square
 
San Francisco Union Square
 
 
San Francisco Powell Street
 
 
Vlak bij, in Powell Street, was het begin-en eindpunt van de tram. Hier kon je kaartjes kopen en vervolgens wachten op je beurt om in te stappen. Dit alles onder het nauwziend toezicht van een soort stationschef in bijpassende uitdosting en zijn  begeleider.
 
 
 
 {youtube}XLmLBHWbcjQ{/youtube}
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
San Francisco
San Francisco Fisherman Wharf
 
 
Fisherman Warf was wel aardig, hoewel je van afmerende visserboten niet veel meer merkt. Het is voornamelijk een winkel- en eetcentrum. Dat geldt helemaal voor pier 39, dat er een onderdeel van is. Hier kun je op een groot vlot een troep stinkende zeeleeuwen bekijken, die elkaar daar de hele dag op dat vlot het kleine beetje Lebensraum dat er nog over is bevechten. Hoe ze daar ooit verzeild zijn geraakt weet ik niet, maar ze zullen er wel nooit meer wegtrekken denk ik.
Ik zie zulke beesten liever ergens aan de kust op een paar passende rotsen. Vijftien jaar geleden hebben we dat wel gezien, aan de kust van Oregon. 
 
De weg terug hebben we met een shuttletaxi gedaan. De driver wilde ons voor $30 wel bij ons motel afleveren. We noteerden daarbij zijn telefoonnummer adres, omdat hij ons ook wel naar het vliegveld wilde brengen, twee dagen later.
 
 
 
 
De twee gezichten van San Francisco
Op onze tweede dag in  San Francisco kregen we een heel andere stad te zien dan de eerste dag. Een veel mooiere stad. 
Deze dag gingen we paarsgewijs elk onze gang. Maja en ik wilden naar het SFMOMA (San Francisco Museum of Modern Art). Dit lag aan de Street nr 3, die een zijstraat was van Market. Hier hing wel de sfeer van een echt grote stad. Onderweg naar het museum zagen we nog een mooie kerk en toen we daar naar binnen konden bleek er net een trouwdienst aan de gang. 
Het museum was gehuisvest in een bijzonder gebouw, dat op zichzelf al de moeite waard van het bekijken waard was. De tentoongestelde kunst kon ons niet allemaal bekoren, zoals je bij modern art kunt verwachten. Er waren echter ook bijzondere producties, waaronder enkele  films en verder hingen er topstukken van Henri Matisse, Alexander  Pollack en Andy Warhol. 
 
Na het museum zochten we een bus uit die ons naar het Golden Gate Point kon brengen. Want daar hadden we met de anderen afgesproken. Het was echter lastig uit te zoeken welke bus we moesten nemen. Het Golden Gate Park was makkelijker te bereiken en daarom reden we daar eerst heen. Vandaar zouden we dan wel met een andere bus naar het Golden Gate Point kunnen.
 
Het Golden Gate Park bleek een bijzonder aangename plek te zijn. Het is echter zo groot dat je het niet in een uur kunt belopen. Het was vandaag zaterdag er er hielden zich duizenden mensen in dit park op. Het was nog prachtig weer en overal zag je groeien mensen samen zitten of bezig met sport. In onze zoektocht naar een bushalte zagen we opeens een shuttle met GoldenGatePark er op geschilderd. We vroegen of deze misschien ook naar het Golden Gate Point bij de brug ging. Dat was niet het geval, maar de driver wilde ons best naar de dichtstbijzijnde bushalte rijden.  Dat bleek nog wel een eindje rijden te zijn, zodat we nog heel wat van het park te zien kregen. Er waren zoveel bezienswaardige zaken hier, zoals de Japanse Teagarden en de California Academy of Sciences, dat Maja al spijt kreeg dat we hier niet de hele dag voor hadden uitgetrokken. Tja. 
De chauffeur nam onderweg nog enkele mensen mee. Hij riep sommige mensen zelfs of ze met hem mee wilden rijden. Kennelijk hoorde hij met zijn busje bij het park. 
Na uitgestapt te zijn  vroegen we aan een ouder echtpaar of zij wisten hoe we vandaar bij de bushalte kwamen. Dat wisten ze . Het bleken SanFranciscanen te zijn en er ontspon zich een hele conversatie. Maja en ik vinden Amerikanen allebei in het algemeen erg aardige en hulpvaardige mensen. En bijna alle Amerikanen die wij gesproken hebben blijken Nederland te kennen of zijn er zelfs geweest. Ons land blijkt nog immer populair in de V.S. te zijn. Wat daarbij opvalt is dat de Amerikanen die in Nederland geweest zijn heel vaak in Eindhoven zijn geweest. Vanwege Philips. 
 
Aan de andere kant zijn Amerikanen ook vaak strikt, tenminste de vertegenwoordigers van de publieke diensten. Zo wilde de buschauffeur van ons alleen gepast geld en aannemen en accepteerde hij ook geen creditcard. Toen het er op leek dat hij ons uit de bus wilde zetten , kwam een oud dametje in het geweer. Die leek bereid om dan een kaartje voor ons te kopen. Zij geneerde zich er voor dat wij buitenlanders de bus uit gezet zouden worden. Maar gelukkig bleek mijn eerste kaartje van die dag nog geldig. Zo kwamen wij op een kaartje van $2 de halve dag door.
Tien minuten later waren wij op het Golden Gate Point, aan de voet van de moeder van  alle hangbruggen. We hadden hem vanuit de bus in de verte al gespot. Nu toonde hij zich in alle glorie aan ons: de Golden Gate. Geopend op 27 mei 1937,  lengte 2737,4 meter, hoogte 227 meter en door de Amerikaanse Society of Civil Engineers uitgeroepen tot een van de zeven moderne wereldwonderen. Een prachtige brug ook.
 
San Francisco Golden Gate
 
 
Per smsje lieten we de anderen weten waar we precies stonden en een paar minuten voegden ze zich bij ons, want zij waren er al even. Toch wel mooi, die moderne communicatiemiddelen. Als je elkaar vroeger kwijt was en je had niks afgesproken , dan zat je mooi in de nesten. Tegenwoordig stuur je voor 50 cent een smsje. Moet die ander natuurlijk wel zijn phone aan hebben. 
 
San Francisco Golden Gate
 
 
San Francisco Golden Gate
 
 
Het was aan het einde van de middag en de brug lag er in een rode, haast lichtgevende gloed bij. De late zon scheen er vanaf de oceaan op. Vanaf de kant leek hij niet meer dan een kilometer lang, maar als je er eenmaal op liep, want natuurlijk wilden we er over heen lopen, dan viel dat zwaar tegen.  Als je naar beneden keek, 67 meter diep, dan zag je in de ziedende zee, want het stormde bijna, dolfijnen springen. Gelukkig waren wij er goed op gekleed. Voor videootje zie:
 
 
 {youtube}XiCIUsbZdl8&{/youtube}
 
 
 
 
 
 
 
 
San Francisco Golden Gate
 
Vanaf de brug had de een prachtig uitzicht over de baai van San Francisco met daarin het gevangeniseiland Alcatraz en natuurlijk op de stad zelf. Honderden boten van allerlei pluimage zag je en talloze snode surfers die van de wind profititeerden.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
San Francisco Golden Gate
 
 
Toen we na ruim een half uur de overkant bereikten hadden de meesten van ons, die al een groot deel van de dag gelopen hadden, weinig puf meer om ook nog terug te lopen. Gelukkig stond er een “hop on hop off” shuttle en wij vroegen of wij mee konden. Dat  was dan wel $15 de man, bijna het halve dagtarief van dat ding. Maar dan zag je ook nog een stuk van deze kant van de brug, het Marine Land en het daarop gelegen dorp. De shuttledriver vertelde wel wat we te zien kregen. Dat was blijkbaar heel veel, want hij schreeuwde zijn stem schor door alles er uit te kiepen wat hij wist, interessant of niet interessant.  Net als die vent vijftien jaar geleden op die boottocht rond Manhattan. Allemachtig wat een vermoeiende vent was dit. Wie de weergod Pelleboer uit Paterswolde nog gekend heeft kan zich er iets bij voorstellen als ik schrijf dat de “Pel” met hem vergeleken een tamelijk stille was. Hij leek wel een wekker die afliep en telkens opnieuw begon. Hoogst  irritant, als je dan het meeste niet kunt verstaan. Erger dan een menigte muskieten.
 
Af en toe vingen we wat op. Zoals dat je wel vier jaar lang elke avond in een verschillend restaurant kon eten in San.Francisco. En ook dat deze geweldige stad alleen maar goede restaurant telde. Het leek me niet dat hij dat uit eigen ervaring vertelde, want zo zag hij er niet uit. Voor ons is het eten in dit land namelijk allesbehalve een geweldige opsteker geweest, zij het met enkele prettige uitzonderingen. Een daarvan was in de Cowboy Smokers  Inn in Panquitch geweest. Daar had ik een geweldig lekkere sirloinsteak gehad. En een paar dagen later nog eens in dat ding in Cortez. Voor de rest was het eten toch in de eerste plaats een noodzaak geweest en niet een lust. De lasagna in die aanbevolen pizzeria in Mammoth Lakes heeft me de hele nacht zwaar op de maag gelegen en dat was ook zo met de Buritto in dat Mexicaanse restaurant in Moab. De pizza’s in Beatyy waren wel heel behoorlijk geweest. Maar alsmaar pizza’s eten gaat gauw vervelen. 
 
San Francisco
 
 
De laatste dagen van de vakantie waren we het er dan ook over eens dat we een goede stamppot andijvie ver boven het niveau van de Amerikaanse keuken  uitsteeg. Zoiets kennen ze hier niet. Soms zijn dingen  op zich wel smakelijk, zoals gisteren in dat Thaïse restaurant. Maar dan krijg je er zo’n grote portie van dat het je al gauw gaat tegenstaan. Dat was met die Buritto ook zo gegaan. 
 
De tweede avond in SF gingen we Japans eten: Soushi. Dat viel Maja en mij  na onze ervaring daarmee in Berlijn een paar jaar geleden, erg tegen. Toen  kreeg je een keur van  kleine hapjes. Dat was hier heel anders. Het was hier een uit een stuk bestaande hap en daaraan had je, meer dan genoeg. 
Met het ontbijt is het ook totaal anders als wat we gewend zijn. Tenminste als je naar een speciaal ontbijtrestaurant gaat; dus als je een hotel zonder ontbijt hebt.  
 
 
 
In de hotels hebben ze meestal wel een uitgebreid internationaal buffet, waar je altijd aan je trekken kunt komen. In zo’n ontbijtrestaurant zit je vast aan een beperkt aantal opties. Meestal namen Maja en ik een egg-omelet. Die waren niet onsmakelijk, want er zat vaak groente in verwerkt. Maar dan kreeg je daar nog een partij aardappelen en of toast bij, dat je er U tegen zei. Alsof je er de avond mee moest halen. Amerikanen zijn  dus grote eters. Toch viel het aantal extreme dikkerds mij nog mee. Ik had me het erger voorgesteld na al die berichten in Nederland over dat 60% van de Amerikanen te dik zou zijn.
 
Wat ik me overigens bij elke toiletgang van mezelf afvraag is hoe die dikkerds het op die kleine Amerikaanse toiletpotten klaar spelen. Die plees zijn gek genoeg bijna allemaal het zelfde.  Zeker het gevolg van een overheidsvoorschrift. Want alle andere sanitaire onderdelen verschillen van  hotel tot hotel, zoals al eerder vermeld.
Maar alle plees hebben de zelfde ronde bak , die voor een groot deel met water is gevuld. Ik vind die waterspiegel maar gevaarlijk hoog staan. Want als je plompverloren gaat zitten heb je dikke kans dat je hengel te water raakt  en dat is een minder frisse gewaarwording. Vooral als er al een paar onderdanen te water zijn gelaten. Daar wordt je dan haast met je neus bovenop gedrukt. En anders zie je ze wel voorbij zwemmen. Soms in de borstslag en soms overgaand in de rugslag. Het voordeel is wel dat je goed kunt vaststellen hoe het er met die onderdanen bij staat. Je kan er zelfs de lengte van schatten, omdat hij in dat ruime water niet breekt. Met  verbazing kon ik een keer vaststellen dat die van mij 42 cm mat. (geschat , niet gemeten).
De spoeling werkt echter wel efficiënt met dit systeem. Er wordt namelijk een draaikolk geproduceerd en die is onverbiddellijk.
 
Maar hoe gaat een Amerikaan van 150 kg of meer eigenlijk te werk? Minstens de helft van zijn achterwerk . moet wel over de bril hangen  zou je zeggen. Als die bril tenminste niet met pot en al bezwijkt onder het gewicht.
 
Maar dat allemaal even terzijde. Op de hoogte van Fillmorestreet stapten wij uit de shuttle en vervolgden te voet onze weg. Want Fillmorestreet is een van de mooiste straten van San Francisco. Er zit ook een heel steil stuk in en als je dan eindelijk boven bent heb je een prachtig uitzicht op het beneden gelegen stuk stad en de daarachter gelegen baai.  
 
San Francisco
 
San Francisco Fillmorestreet
 
 
In Fillmorestreet hadden  Car en Jur eerder die middag een aardig restaurant ontdekt  en er was besloten dat de kinderen me daar zouden gaan trakteren. Voor het organiseren en aanbieden van de reis. Eerder had ik al een mooie pet met opschrift van ze gekregen.
Het was inderdaad een gezellige tent, al bleek deze qua eten wat meer gericht op een lunch dan op een diner. Een sirloinsteak zat er helaas niet in. Maar de wijn was weer prima.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
De volgende dag was dan eindelijk die van ons vertrek . Het vliegtuig zou om 15.15 uur vertrekken. We hadden besloten dat we er alle tijd voor zouden nemen, omdat we deze dag toch eigenlijk niks meer zouden kunnen doen verder. Dus hadden we aan de motelbeheerster gevraagd voor ons een shuttle voor 11.30 uur te bestellen. Weliswaar hadden we dat telefoonnummer van die jongen van eergisteravond  die ons voor $66 naar het vliegveld wilde brengen, maar het was meende ik San die geen risico wilde. Dat wil zeggen dat het met die man misschien toch mis zou lopen. We hadden hem twee uur van te voren zullen bellen. Daarom had ze aan de dame van het motel gevraagd of die toch maar niet een shuttle kon bestellen. Dan had  je toch meer zekerheid dacht zij. Enfin, om vrijwel precies half twaalf rijdt een shuttle voor en we kunnen inladen. De rit zou ruim een half uur vergen. Maar we krijgen we  te horen dat de chauffeur nog twee klanten moet oppikken. Dat was dus eigenlijk niet de bedoeling. Maar goed, we hadden toch speling genoeg. Het duurde echter best lang voor we de tweede gast aan boord hadden. Wel aardig was dat we daarbij door een hele mooie buurt van de stad kwamen.
 
Veel huizen in de eclectische stijl, dat wil zeggen met elementen van diverse stijlen. Jurjen had de voorgaande dag en nog zelfs op de ochtend van vertrek daar nog enkele juweeltjes van geschoten, waaronder ook de zogenaamde "painted ladies".
San Francisco Painted Ladies
 
Behalve deze geheel eigen architectonische stijl is er in het betere deel van San Francisco ook heel veel ludieks te zien. Noem het het 21e eeuwsche hippiedom. Heb je in het shabby stadsdeel Tenderloin met de onzalige erfenis van het eerdere hippiedom te maken, in dit deel van de stad, Fillmorestreet, Hayesstreet en Haightstreet kom je de exponenten van de hedendaagse wellfare tegen. 
 
San Francisco
 
 
 
 
 
San Francisco
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
San Francisco
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
San Francisco Fillmorestreet
 
San Francisco Fillmorestreet
 
 
En nu dus naar het vliegveld. Nu heeft San Francisco twee vliegvelden en ineens was ik er niet meer zo heel zeker van of de dame van het motel wel duidelijk van ons had meegekregen dat we naar de luchthaven van Oakland moesten. Normaal zouden we voor internationale connecties naar SFO ( San Francisco International ) moeten. Maar wij zouden via Los Angeles vliegen en dat is een binnenlandse bestemming. Carolien had blijkbaar het zelfde onbestemde gevoel, want zij vroeg het de nieuwe reiziger het eerst naar welk vliegveld hij ging. Nou, naar SFO , hoezo?  Carolien verbleekte prompt. Langzaam drong de waarheid tot de rest van de groep door: We reden naar het verkeerde vliegveld! Gillen zou niet helpen, en vloeken evenmin. Dat deden we dan ook niet, maar het gaf een heel vervelend gevoel in de maag. Zouden we dan nu ons vliegtuig wel halen?  De chauffeur bewegen alsnog naar Oakland Int. te rijden was geen optie. Hij was besteld voor SFO en zou daar de twee andere passagiers moeten afleveren. 
 
Het enige wat hij voor ons kon doen was contact op te nemen met de man die op het vliegveld de transfers naar andere vliegvelden behandelde. We kwamen rond half een op het vliegveld aan. Ons naar het andere vliegveld laten brengen, helemaal aan de andere kant van de baai, was driekwart uur rijden. En we hadden  nog helemaal geen busje. 
Waren we nou maar met die andere man in zee gegaan. Die was ook nog $5 goedkoper geweest. Nu waren we $70 kwijt en moesten we waarschijnlijk nog meer betalen voor de transfer naar Oakland Airport. Stom, stom, ontzettend stom. Het mankeerde er nog maar aan dat we er bij de incheckbalie achter waren gekomen. Het bleek overigens wel meer voor te komen, hoorden wij.
Zo zie je maar, dat je op zo’n reis werkelijk alles moet dubbelchecken. Er was hier een schakel geweest die we niet gecheckt hadden. Blijkbaar had San niet gezegd dat we naar Oakland Int. moesten  en de mevrouw had blijkbaar aangenomen dat we , als buitenlanders, naar SFO moesten. Zaten we nu met de gebakken peren.
Er zou over ongeveer een kwartier een busje voor ons komen, kregen wij te horen. Busje kwam niet zo dus. Busje duurde nog even. Kwam het busje eigenlijk wel? Het was een martelwacht. 
Pas na ruim een kwartier kwam het busje. Snel inladen en de driver zette er goed de sokken in. Gelukkig hadden we bij de Oaklandbridge niet weer die geweldige file als op de heenreis. Het was nu ook zondag overdag. Rob zat op zijn navigator af te lezen dat het nog 25 minuten was en even later 18 minuten, en 15 enz. 
Toen we op Oakland Airport aankwamen was het halftwee , waren we honderd dollar lichter en hadden we nog zeven kwartier voor de vertrektijd. Aan de incheckbalie was het al leeg, maar hij was nog wel bemand. Dat leverde dus al weer wat tijd op. 
Vervolgens kregen we een zeer uitgebreide securitycheck.  We hoefden ons nog net niet helemaal uit te kleden. Maar de schoenen moesten wel uit. 
 
Daarna haalde ik nog een stunt uit. Rob en ik wilden even naar een “restroom” en volgden de pijl die daarheen wees. Behalve deze pijl stond er echter iets hoger ook een bord dat je de daarachter gelegen ruimte niet mocht betreden. Niet gezien natuurlijk, je had de blik gefocust op waar de plee was. Hoor ik ineens een stem van “ho daar” op zijn Amerikaans. Ik keek op en zag een veiligheidspief naar mij gebaren. Wat wou die vent van mij?  Hij gebaarde naar een streep op de vloer. Ik was er al over en had daarmee blijkbaar de Rubicon overgestoken. Rob trok zich haastig terug. Maar ik mocht niet meer terug. Er kwam nog een tweede vent bij. Het kwam er op neer dat ik weer terug was in de securityruimte. Ze wilden dat ik weer door de douane en de fouilleerplaats ging. Godbetere. Zijn die lui gek? Ze zien toch dat ik alleen maar naar het toilet wilde. Zet er dan een hek neer als dat niet mag! Of hang er desnoods een lint op. Wie ziet zo’n streep nou?  Loopt er nou een streep door mij of door hen? 
 
Ik wist echter dat je met Amerikaanse officials absoluut niet discussie moet gaan, en zeker met deze twee niet, die er niet al te slim  uitzagen. Maar ik had mijn paspoort niet eens bij mij. Hoe moest ik dan door de douane. Het paspoort  moest dus eerst aan de “overkant” worden opgezocht. 
Toen weer door de securitycontrole. Omdat ik geen bagage had negeerde ik de rij wachtenden en meldde mij direct bij het poortje. Dat werd gepikt. Schoenen weer uit en met een glimlach lieten ze me door. Toen ik de beveiligingsman zag mompelde hij nog iets van een excuus. Tja, regels zijn regels. Vooral in Amerika. Als je iets doet en het is  “against the law” dan kom je er niet zo maar van af.  
Nou, al met al waren we natuurlijk nog ruim op tijd. Dat hadden we ook weer overleefd. Een uur later stegen we op.
 
einde