Aankomst zondag 28 juli in Krakau
De vlucht van EuroAirport naar Krakau met Easy Jet verliep zeer voorspoedig.
We hadden amper een uur nodig om vanuit Königschaffhausen om op EuroAirport BSL (Basel- Mulhouzse-Freiburg) te komen en vandaar was het ongeveer anderhalf uur vliegen naar Krakau. Daar werden we opgewacht door een chauffeur die de appartementsverhuurder ingeschakeld had.
In deze voormalige hoofdstad van Polen kun je heerlijke cultuur opsnuiven. De stad die vol zit met studenten heeft veel te bieden op het gebied van musea, historische gebouwen en uitgaan. De stad is ontstaan rondom de Wawel heuvel, op welke de kathedraal en het kasteel boven de stad uit steken. Anders dan Warschau is Krakau grotendeels ongeschonden uit de tweede wereldoorlog gekomen. Hierdoor heeft de stad bijzonder veel historische waarde. Het heet de mooiste stad van Polen te zijn.
Krakau telt ongeveer 370.000 inwoners. Het oude centrum zal ongeveer zo groot zijn als dat van Utrecht en is dus heel goed te belopen.
Old City Apartments
Wij waren ondergebracht in een oud gebouw direct aan de Rynek Glówny, de Grote Markt. Het was een gigantisch groot appartement van, ik heb het gemeten, ongeveer 10 bij 18 meter. Alleen al onze slaapkamer was meer dan 50 m2. Het grootste deel van de ruimten was bedekt met parket, hetgeen vooral bij het warme weer prettig aandeed. De plafonds waren minstens drie meter hoog.
De badkamer was modern en goed geoutilleerd en het zelfde gold voor de keuken. Jammer alleen dat de koelkast de biertjes niet koel genoeg kon krijgen.
De grootste attractie was echter dat je je in de loge van een schouwburg waande. Met zicht op wat er onder je op het plein gebeurde. Dat plein is trouwens ook het grootste plein dat ik ooit gezien heb. Tenminste als je het gebouw dat in het midden ervan stond, een soort lakenhal en in gebruik als een mall voor kleine winkeltjes, meerekende. Alleen dat plein al met alles wat daar op gebeurde was een film waard. https://youtu.be/XqM7oaIf55I
We hadden een rechtstreekse inkijk in het bruisende hart van de stad, de Rynek Glöwny. Met zijn ruim 40.000 m² is het denk ik het grootste plein dat ik ooit gezien heb. En ook zeker een van de mooiste. Het telt een aantal indrukwekkende bezienswaardigheden. De grootste blikvangers zijn de Mariabasiliek, de imposante Raadhuistoren en de fraaie lakenhal, de Sukiennic. Pal voor ons raam stond de Adalbertkerk. Midden op het plein, voor de lakenhal staat het monument van Adam Mickiewicz, de grote Poolse romantische dichter. Even achter de Mariabasiliek staat de markante Dominicanenkerk. En er staat geen enkel modern en lelijk gebouw tussen, het is een lust voor het oog.
Links de Stadhuistoren
In de Lakenhal is een doorgang van het ene deel van de Grote Markt naar het andere deel.
Binnen de Lakenhal bevindt zich een grote verzameling kleine winkeltjes, waar een uitgebreid assortiment aan snuisterijen , sieraden en lekkernijen gekocht kan worden.
Vooral in de vroege avond bruist het plein van leven. Het is een komen en gaan van straatartiesten, muzikanten, fraai uitgedoste koetsjes, die nogal eens bruidspaartjes en hun aanhang vervoeren en natuurlijk van de vele bezoekers die zich slenterend of gezeten aan een van de talloze mooi aangeklede terrasjes etend en drinkend vergapen aan wat er zo al te zien en te doen is.
Dat kregen we allemaal mee vanuit onze ramen. Zo kregen we bijvoorbeeld uitstekend gezongen songs van Eric Clapton, Phil Collins en andere grootheden uit onze tijd te horen. Dat aanschouwden en hoorden wij, intussen in onze klassieke zetels genietend van thee en daarna een glas wijn. Verder was het appartement keurig schoon en goed voorzien van handdoeken en beddengoed. De bedden sliepen ook goed. Verder en zeker niet onbelangrijk, de WiFi werkte er perfect. Tot zover de pluspunten.
Minpunten waren er echter ook. De belangrijkste was de trap naar de tweede verdieping. Het was natuurlijk wel mooi, die hoge plafonds in onze kamers, maar de consequentie was dat we 62 treden moesten bestijgen, want er was geen lift. Met een koffer van 21 kilo echt een hele hijs, zeker als het warm is.
Verder was het appartement niet heel efficiënt ingedeeld voor ons vijven. Feitelijk waren er maar twee slaapgelegenheden, waarvan er een slechts deels was afgeschermd. Voor een gezin is dat natuurlijk geen punt, maar drie van ons waren daardoor toch wat gehinderd in hun privacy. Ernstiger was dat er maar één toilet was.
Ten slotte had je dan als minpunt het tot de kamers doordringende straatlawaai. We kregen natuurlijk niet alleen de stem van Eric Clapton over ons heen , maar vooral later op de avond ook minder aangename geluiden. Er waren hier veel brallende jongelui bezig. Gelukkig ging dat echter niet de hele nacht continu door. Bovendien kon je de dubbele ramen sluiten en als het dan te warm werd de goed werkende ventilator aanzetten. Daarvan was er echter maar een.
Voor dit appartement betaalden we voor ons vijven voor vijf nachten inclusief de transfer heen terug naar het vliegveld , Zloty 2850. (Waarvan Zloty 255 voor de transfer) Volgens de verhuurder zou dat € 682 zijn. Hij rekende dus met een koers van bijna 4,18.
Maar toen ik dat bedrag bij de naast gelegen automaat (van Euronet) ging pinnen bleek dat ik daar €740,35 aan kwijt was. Dat wil zeggen dat ik maar Zloty 3,77 per Euro kreeg. Dat krijg je met landen die niet tot de Eurozone behoren. We hebben gemerkt dat je maar beter meegenomen Euro’s kunt wisselen, dan krijg je een veel betere koers dan bij pinnen. Ik had gedacht dat het andersom zou zijn, maar in Krakau dus niet!
Omgerekend per nacht per persoon kwamen de logies –en transferkosten daarmee op € 29,61. Voor degene die niet opziet tegen een beetje traplopen en niet allergisch is voor straatrumoer een voortreffelijke prijskwaliteitsverhouding.
De eerste avond in Krakau kwamen we in restaurant Pino terecht, een enigszins Amerikaans aandoende restaurant. Er hing een goede, relaxte sfeer en we konden nog maar net een goede plek voor ons vijven vinden. Het interieur deed ons denken aan dat restaurant in Williams langs de route 66 in Colorado: veel hout met solide eikenhouten tafels . In het midden was de open keuken wat een sfeer van bedrijvigheid schiep. De bediening was vlot en zakelijk en de kaart stond ons ook aan. We hebben er prima gegeten en de wijn paste er goed bij.
Maja had een forel met boekweit en een paar anderen van ons hadden eendenborst, die erg mals was en gelardeerd was met smaakvolle sausjes. Het was er ook gezellig natafelen. De rekening ten slotte was zodanig dat we dit restaurant zeker kunnen aanraden ten aanzien van de prijskwaliteitverhouding. Twee dagen later hebben we er nog een keer gegeten en hadden na afloop het zelfde voldane gevoel.
Toen we terug naar ons appartement liepen was het een zeer geanimeerde drukte op en rond het centrale marktplein. Je voelde je er volkomen thuis. Er liepen geen vervelende types waarvan een bedreiging zou kunnen uitgaan. Als vrouw alleen zou je hier ook zonder bezwaar kunnen lopen. Het publiek leek trouwens grotendeels Pools te zijn, heel anders dus als in bijvoorbeeld Praag en Wenen, waar je vrijwel alleen maar well-to-do toeristen uit vooral West -Europa tegenkomt. Krakau heeft dan ook meer weg van Boedapest, waar ook vooral de eigen bevolking het straatbeeld beheerst.
Wat de grote markt van Krakau ook zo aantrekkelijk maakt zijn de vele muzikanten die op regelmatige afstand van elkaar in het algemeen goede muziek ten gehore brengen, hetgeen de straatsfeer zeer ten goede komt. Daar kun je mooi je kleingeld in Zloty’s aan kwijt, waarvan je portemonnee anders al gauw gaat uitpuilen.
Woensdag 29 juli, bezoek aan Kazimierz
Deze dag zouden we het voormalige Joodse stadsdeel Kazimierz bezichtigen. Voormalig, want van het Joodse bevolkingsdeel van Krakau en trouwens van heel Polen en dan vooral Galicië , is na de "Bruine Pest” , die er in de jaren 1939-44 huishield, nauwelijks meer iets over.
Evengoed is het nog een stadsdeel waar het goed toeven is, onder andere door de leuke restaurants en drinkgelegenheden
Allereerst hebben wij hier de “Oude Synagoge” bezocht. Dit is de oudste nog bestaande synagoge van Polen. Deze zou uit de 15e eeuw dateren.
Tot 1939 was de synagoge een van de belangrijkste synagogen van Krakau en een belangrijk religieus en sociaal centrum voor de joodse gemeenschap van de stad.
Na de Tweede Wereldoorlog resteerde een ruïne. De Oude Synagoge werd tussen 1956 en 1959 op kosten van de Poolse staat echter herbouwd en maakt nu deel uit van het Historisch Museum van de Stad Krakau.
Ons belangrijkste doel was het bezoek aan het Joods Galicisch Museum. Dat bleek een goede wegbereider voor het bezoek dat we de volgende dag aan dat veel grotere museum Auschwitz-Birkenau, dat ongeveer 70 km van Krakau verwijderd ligt, zouden brengen.
In dit museum kregen we door middel van beklemmende foto’s met bijbehorende teksten een beeld van hoe het de joden van Galicië is vergaan. Het enige verschil met die honderdduizend landgenoten van ons die van ons die met goederentreinen naar Polen vervoerd werden was dat de Poolse joden niet eerst die verschrikkelijke reis behoefden te maken.
Ongeveer de helft van hen kwam om in het vernietigingskamp Belzec, op eigen bodem. De meesten van de andere helft werden gedwongen in de buurt van waar ze geboren en geleefd hadden het eigen graf te graven voor ze werden doorgeschoten.
Als je al die foto’s van die massamoorden langs je heen laat gaan vraag je af of er nooit verzet is gepleegd. Al die mannen met schoppen, heeft er dan nooit eens iemand zo'n nazi de schedel ermee kunnen inslaan? Misschien is het wel eens gebeurd, maar heeft niemand het kunnen navertellen. Een aangrijpend bezoek was het.
Verder heb je in dit stadsdeel ook nog de Oude Synagoge.
Na de wandeling door Kazimierz zijn we langs de Wisla tot ongeveer de Wawelheuvel gelopen en vandaar weer terug naar de Grote Markt, waarop je niet gauw uitgekeken raakt. Hierbij viel het ons op dat Krakau ook nog eens een kraakschone stad is. De Polen zijn een opgeruimd volk, letterlijk en figuurlijk.
Aan de buitenkant lagen sfeervolle terrassen, waar mooie muziek ten gehore werd gebracht.
Foto genomen vanf de Stadhuistoren
In vergelijking met veel andere grote Europese steden hebben we hier nauwelijks verslaafden en bedelaars gezien. Wel neringdoenden en muzikanten, die in het algemeen zeer verdienstelijk speelden.
De Mariabasiliek, de belangrijkste bezienswaardigheid aan de Grote Markt.
hiernaast de Dominicanenkerk
Het publiek verlustigde zich zowel aan de vele mooi opgesmukte koetsjes als aan elkaar.
Deze avond hebben we gegeten in Destino, een van de meest op Tripadvisor, waarvoor ik zelf ook recensies schrijf, aanbevolen restaurants. Het interieur was vrijwel geheel in wit uitgevoerd, waardoor het als redelijk chique op ons overkwam. Dat gold echter niet voor de prijzen, want die vielen, op wat je in Nederland zou verwachten. Ik schat dat de prijzen in de Poolse restaurants hier op ruim de helft liggen van het niveau bij ons. En daar krijg je dan een in het algemeen vriendelijke en vlotte bediening bij.
Donderdag 30 juli
Museum Auschwitz-Birkenau
Als je op vakantie in Krakau bent kun je het niet maken om niet naar Auschwitz –Birkenau te gaan, tenminste niet als je van mijn generatie bent die nog net het staartje van de Tweede Wereldoorlog en in ieder geval haar naweeën heeft meegemaakt of meegekregen van onze ouders.
Het is natuurlijk bepaald geen pleziereisje; je komt er niet onbekommerd van terug. Je gaat er heen uit piëteit met de slachtoffers en hun nabestaanden, voor zover niet hun hele familie het zelfde lot ondergingen. Verder ga je er ook heen om een stil protest af te geven.
entree naar het kamp Auschwitz
Direct in het begin passeer je de poort met daarboven de beruslogan van "Arbeit macht frei"
Het bezoek stemt je echter niet erg optimistisch over de toekomst van onze samenleving.
Of er een nieuwe holocaust zal komen hangt maar helemaal af van een aantal omstandigheden. En die omstandigheden zouden zich best opnieuw kunnen voordoen.
Het was goed te zien dat er zoveel jonge mensen liepen. Hoe meer bezoekers Auschwitz –Birkenau trekt hoe beter natuurlijk. (In 2014 zou er een recordaantal van 1,4 miljoen bezoekers geweest zijn)
Maar ik ben bang dat het niet afdoende zal zijn om de mensheid van nieuwe genociden te weerhouden.
Na Auschwitz –Birkenau hebben we al weer twee nieuwe grote genocides in de wereld gehad, die van de Killing Fields in Cambodja en die in Rwanda.
Maar Auschwitz –Birkenau heeft de meest weerzinwekkende vorm van genocide uit de wereldgeschiedenis laten zien, omdat het zo massaal was, zo lang en minutieus voorbereid en op industriële wijze uitgevoerd.
Mensen werden hier als ongedierte vernietigd, waarbij alles van hen wat van waarde kon zijn werd verzameld en verwerkt . Zoals het in een slachterij van vee gebeurt. Zo werd bijvoorbeeld het haar van de slachtoffers afgeschoren en tot textielproducten verwerkt.
Een van de meest weerzinwekkende verzamelingen vond ik de bergen van scheerkwasten en haarborstels. Zij waren het bewijs van de arglistigheid van de nazi’s waarmee ze de joden misleid hebben.
Hen werd namelijk voorgehouden dat zij naar een nieuwe bestemming gevoerd zouden worden, waar zij een nieuw bestaan konden beginnen. Vandaar dat er ook bergen keukengerei achter bleven.
Dat was allemaal voorgelogen om te voorkomen dat zij, of de achterblijvende bevolking, bij hun deportatie mogelijk verzet zouden bieden. Zo lieten zij zich dus min of meer gewillig in veewagens laden, met al hun koffers, tot honderd personen in een wagon. Zonder enige voorziening zoals water en een mogelijkheid om de behoeften ergens in te doen.
Ik heb de gids nog gevraagd hoe lang zo'n transport van Westerbork naar Auschwitz meestal duurde. Vijf dagen zei hij. Dat betekende dat veel reizigers bij aankomst al overleden waren. En wij klagen tegenwoordig al als we een paar minuten in de bus die ons van het vliegtuig nterminal vervoert moeten wachten.
Van de nog levenden werd driekwart direct na selectie naar de "doucheruimten" geleid, waar ze vergast werden. In een van de ruimten van het museum, dat voor de oorlog een kazerne van het Poolse leger was geweest, lag een enorme hoop lege gascilinders. Met de inhoud van een daarvan kon je ongeveer tweeduizend mensen in ongeveer twintig minuten laten stikken.
Direct daarna werden ze verbrand, zonder kist natuurlijk. De enorme bergen aan overbleven as werden gebruikt om stukken moeras en vijvers te dempen. Zelfs voor de aanleg van wegen werd jodenas gebruikt. Een verbrand lijk levert ongeveer twee kilogram as op. Volgens voorzichtige schattingen zijn er in Auschwitz –Birkenau tenminste 1,5 miljoen mensen vermoord en dus verbrand; dus dat is 3 miljoen kilogram. Drieduizend ton. Zeg maar driehonderd vrachtwagens. Het is nauwelijks te bevatten.
foto vanuit de bus van de hoofdingang van het vernietigingskamp Birkenau, dat een paar kilometer van Auschwitz lag. Het had ook door een kier van een goederenwagon gemaakt kunnen zijn, ruim zevenjaar eerder.
het imponerende monument van Birkenau, vlak bij de verwoeste crematoria
Een vraag was natuurlijk ook waarom de geallieerden de spoorlijnen naar de vernietigingskampen niet gebombardeerd hebben, ze wisten er toch van?
De gids beaamde dat laatste. Maar Churchill, de belangrijkste politieke leider van de Geallieerden, zou dat geweigerd hebben. Er was zei hij geen militair doel mee gediend en dat had bij hem prioriteit.
Het World Jewish Congres dat in augustus 1944 het Amerikaanse ministerie van Oorlog dringend gevraagd had de crematoria van Auschwitz –Birkenau te bombarderen kreeg ook nul op het request. Je kunt het een zwarte vlek op de bevrijding van West Europa noemen.
De volgende dag zijn Carol en Marijke naar de Schindlers Factory geweest. Schindler was de Duitser die 1200 joden van een wisse dood gered heeft door ze op een lijst van onmisbare personen voor zijn emailfabriek in Krakau, die voor het Duitse leger werkte, te laten plaatsen. Later verplaatste hij zijn bedrijf naar Tsjechië, waar hij zelf vandaan kwam, en ging daar granaathulzen produceren, die echter stuk voor stuk onbruikbaar waren. Hij had dat kunnen volhouden door Duitsers met de grote sommen geld, die hij eerder met de zwarte handel verdiend had, om te kopen.
Steven Spielberg heeft aan deze schokkende geschiedenis zijn film “Schindlers List” gewijd. Thuis gekomen hebben wij deze met Oscars overladen film, die wij al lang in huis hadden, eindelijk eens weer durven bekijken. Als je dan net Auschwitz –Birkenau en het Joods Galicisch Museum hebt bezocht, komt deze extra hard aan, omdat je weet dat er in deze film niets verzonnen of gedramatiseerd is.
Dat blijkt ook uit de op deze DVD opgenomen ooggetuigenverslagen van de nog schaarse overlevenden. Als epiloog wordt gemeld dat er ten tijde van de filmopnamen ( 1993) nog slechts ongeveer 800 joden in Polen zouden wonen.
Bij mijn zoektocht op Google naar het aantal Joden dat voor de oorlog in Polen gewoond zou hebben kwam ik op de Engelse Wikipedia terecht. Volgens de hier egrbuikte bronnen zouden er tijdens de Holocaust meer dan 3 miljoen Joden in Polen omgekomen zijn. Dat zou meer dan 90% zijn van het aantal dat voor de oorlog in Polen woonde. Slechts een klein percentage slaagde er in het door Duitsland bezette deel van Polen te overleven of te vluchten naar het door de Sovjet-Unie geannexeerde deel voor de komst van de nazi’s daar. (Niettemin werden verhoudingsgewijs juist in Polen de meeste Joden gered door de lokale bevolking en was de overlevingskans van een Jood in Warschau tenminste even groot als die in Amsterdam) Een interessant licht hierop werpt de aangegeven bijdrage in de Engelse Wikipedia. https://en.wikipedia.org/wiki/The_Holocaust_in_Poland
{ Tijdens deze zoektocht op Google kwam ik echter ook op een ander website terecht die cijfers zou geven. Dit was www.Radioislam. Wat ik hier las was zowel wrang als treurig stemmend. Hier werd namelijk zogenaamd aangetoond dat er nooit zes miljoen Joden kunnen zijn vermoord. Onder andere omdat bijna alle Poolse Joden tijdig naar de Sovjet-Unie zouden zijn geëmigreerd. Letterlijk stond er dat het aantal vermoorde Joden in de oorlog niet in andere termen dan in die van duizenden kon worden geteld. Kortom, er moest dus wel iets anders door de schoorstenen van de crematoria van Auschwitz en Birkenau zijn gegaan dan de meer dan één miljoen hier vermoorde Joden.
Kortom, op deze website Radioislam wordt de Holocaust ontkend. Zo kan het gif van leugens zich verspreiden onder jonge moslims, op de zelfde manier als het nazisme een groot deel van de Duitse bevolking indertijd ook in zijn ban heeft gekregen.}
De emailfabriek van Oskar Schindler lag even buiten het centrum van de oude stad aan de overzijde van de Wisla. Carol en Marijke zeiden erg onder de indruk van het daar nu ingerichte museum te zijn.
’s-Avonds hebben wij de maaltijd zeer eenvoudig gehouden, er was die dag genoeg geestelijk zware kost te verteren geweest.
vrijdag 31 juli, bezoek aan de Zoutmijn van Wieliczka
Vandaag hebben we de zoutmijn van Wieliczka bezocht. Deze oude mijn die al bestond in de 14e eeuw behoort tot de vroegst benoemde werelderfgoederen van Unesco.
Het was een kleine dagtrip want inclusief het vervoer vanaf het ophaalpunt naar de mijn was het toch gauw een uur of vijf.
Net als in het museum Auschwitz Birkenau dat we gisten bezocht hadden was het hier goed geregeld. We werden ontvangen door een gids bij aankomst en kregen daar oortelefoons uitgereikt, zodat je de gids goed kon verstaan. Omdat de gidsen hier behoorlijk goed Engels spreken kon je veel van wat ze onderweg vertelden redelijk volgen. Maar de meest interessante informatie kreeg je als je bij thuiskomt op Wieliczka zoutmijn ging “googlen”. Daar kon je zelfs met streetview de tocht door de mijn volgen, volgens Google dan, want dat viel toch tegen.
Wat me direct na binnenkomst opviel waren de gigantische hoeveelheden massief eikenhout die hier indertijd gebruikt waren. In het bijzonder de trappen waar langs je alsmaar dieper en dieper afdaalde waren van een soliditeit en pracht die je eerder in het paleis van Versailles zou verwachten dan hier in deze oude mijn. Maar er werd dan ook goed aan het zout verdiend begreep ik. Zout is eeuwenlang een schaars en kostbaar goed geweest en werd wel het “witte goud” genoemd. Romeinse soldaten werden al onder meer met zout betaald. Zout was in vroeger tijden het enige conserveringsmiddel voor voedsel. Verder kende het vele industriële toepassingen. Vandaar.
Deze zoutmijn blijkt een van de eerste industriële ondernemingen van Europa te zijn geweest. Al in de 14e eeuw financierde de Poolse koning Casimir de Grote de Jagellonische universiteit van Krakau met de opbrengsten van deze mijn.
Nu ben je op alleen kilometers lange gangen vrij gauw uitgekeken, maar onderweg waren er tal van bezienswaardigheden, zoals de vele door kunstenaars gemaakte beelden van rotszout en kappelletjes ter nagedachtenis van de in de mijn omgekomen werkers. Het meest imponerend waren de uitgehouwen grote gewelven waarin allerlei taferelen waren uitgebeeld.
Ook waren er enkele zoutmeren. Op een van die meertjes zijn in 1915 een aantal Duitse soldaten op een bootje omgeslagen en in het koude pekelnat terecht gekomen. Sindsdien worden er geen boottochtjes meer in de mijn gedaan.
De topattractie was een reusachtige kapel op een diepte van ruim honderd meter, waar je alleen tegen betaling mocht fotograferen. Elders kon je overal vrij plaatjes schieten.
Onderweg werd natuurlijk ook uitleg gegeven over hoe met name het transport van het zout in zijn werk ging. Eerst met een soort door mannen getrokken slede; later met door paarden aangedreven tredmolens.
Het gangenstelsel omvat ongeveer 300 km aan gangen. Daarvan hebben wij er slechts ongeveer 3,5 km afgelegd.
De Wieliczka zoutmijn is ook een van de eerste toeristische trekpleisters in Europa geworden. Allerlei bekende Europeanen hebben deze mijn in de loop van de eeuwen bezocht. Zo kwamen wij de uit rotszout gehouwen beelden tegen van Copernicus, Goethe en Johannes Paulus.
Veel meer interessante informatie over deze mijn is te vinden op www. Natuurtijdschriften.nl onder de titel “Wieliczka- de zoute parel van Europa” http://natuurtijdschriften.nl/download?type=document&docid=441054
De kosten van deze excursie, inclusief de reis per comfortabele coach vanuit het centrum van Krakau, kwam uit op bijna € 35 p.p. Niet goedkoop, maar je krijgt er zeker voldoende waar voor.
Deze avond wilden we in het op Tripadvisor hoog aangeprezen Old Town Restaurant and Wine Bar eten. Merkwaardigerwijs konden we dit op Google Maps niet vinden. Ook de navigator van mijn smartphone liet mij in de steek. Daarom dachten we dat het dan misschien bij het Old Town Apartment zou zijn, maar mooi niet natuurlijk. Ik wist alleen wel dat het er vlak bij in de buurt moest zijn. Maar van al dat navigeren was mijn Motorola smartphone binnen de kortste keer uitgeput geraakt. Onbetrouwbare rotapparaten zijn het ook eigenlijk. Toch maar weer met een plattegrond op pad in de stad, dat is wel zo veilig.
Trattoria Prima
Zodoende kwamen we op de bonne fooi terecht in Trattoria Prima, een Italiaans restaurant aan de Ucala Florianski.
We hebben er goed gegeten, maar de volumina hielden niet over. De carpaccio met avocado , rucola en granaatappelpitten en olijven was wel verrassend. De gevraagde liter “sparkling” mineraalwater echter bestond volgens ons uit gewoon kraanwater met een koolzuurtablet en was ook nog eens lauw. Een slechte beurt vonden wij. Daar moest dus ijs aan te pas komen.
Verder was mijn pasta " mafiosi" weliswaar lekker, maar vooral die hield qua hoeveelheid niet over, terwijl ik toch niet meer zo’n grote eter ben.
De bediening was niet optimaal. De ober had er namelijk moeite mee om met elk van ons afzonderlijk af te rekenen. Dat leverde ons een hoop extra gezeur met verrekenen op. De ambiance was wel weer aardig, ook al was het feitelijk een met tentdoek overdekte binnenplaats, wat de regen ternauwernood kon buiten houden.
Het deel van de rekening dat voor ons kwam was niet hoog. Maar dat geldt voor alle restaurants hier in Krakau. Polen is qua eten vergeleken met Nederland gewoon goedkoop.
Zaterdag 1 augustus Bezoek aan de Wawelburcht (Pałac Królewski na Wawelu)
Vandaag hebben we de Wawel - kathedraal en het nabijgelegen paleis, dat als museum is ingericht, bezocht.
Maar eerst hebben we de vlak achter de Grote Markt gelegen Jaggelonische Universiteit bekeken. We hebben er echter niet de bibliotheek gedaan , omdat we als hoofdprogramma naar de Wawel kathedraal wilden en dat is zo wat ee
Jagellonische Universiteit
Onderweg kwamen we door de Ucala Grodzka, zo’n beetje de belangrijkste straat in het oude centrum, langs de Petrus en Pauluskerk, waarvan de voorzijde gemarkeerd werd door de beelden van de twaalf apostelen.
Na amper tien minuten vanaf de Grote Markt kom je dan bij de Wawelheuvel en de daarop gelegen bouwwerken. Het is waarschijnlijk de meest bezochte attractie van Krakau. Voor sommige Polen is het zelfs een heiligdom. Het koninklijk paleis staat vlak naast de kathedraal en heeft een oppervlakte van ruim 7000 m². Jammer dat je voor alle onderdelen apart moet betalen.
Bij de kassa aangekomen moesten we ongeveer een uur in de rij staan voor de kaartjes, die je er voor nodig had. Tot nu toe was alles zo efficiënt geregeld geweest hier in Krakau, maar dit kon toch wel anders dachten wij. Waarom niet enkele kaartautomaten geplaatst?
De kathedraal, wel gratis toegankelijk, was vervolgens echter prachtig. Weer heel anders dan de Mariabasiliek aan de Grote Markt die we de dag eerder bezichtigd hadden. Die had ik wel erg druk opgesmukt gevonden.
Deze kathedraal was ruimtelijk gezien veel mooier. Maar ook was hij nog weer veel rijker ingericht dan de Mariakathedraal, hoewel, Janneke was juist het meest verrukt van de Mariakathedraal.
Het valt op hoe rijk deze kerken in dit deel van Polen gedecoreerd zijn. Dit terwijl de Poolse bevolking het in de afgelopen eeuwen toch niet zo breed gehad heeft, eufemistisch gezegd. Het verschil in rijkdom was toen denk ik een stuk schrijnender dan tegenwoordig in bijvoorbeeld ons eigen land. De katholieke kerk was de grote “Haber”.
Na de kathedraal hadden we entree tot de zogenaamde statenkamers, de verblijfplaats van de vroegere koningen die hier op de Wawelheuvel huisden.
Vooral de enorme gobelins, geweven wandkleden, maakten indruk. Maar er hingen ook enkele Hollandse meesters.
Erg goed kon je ze echter niet bekijken, want het licht in deze ruimten liet nogal te wensen over. Verder was er per zaal maar een klein informatietableau met een wel erg summiere aanduiding van wat er te zien was. Als het druk was, maar dat viel hier nogal mee, zou je lang moeten wachten om alle informatie te kunnen lezen.
Daarom vond ik het toch niet zo'n heel aantrekkelijke expositie, mede gelet op de entreeprijs van € 13 p.p.
Na afloop gingen we in een klein nabijgelegen paviljoen wat eten en drinken om daarna nog een ommetje om het Wawelcomplex te maken, waar ook weer grote drommen mensen liepen. Het was vandaag erg druk in de stad, mede door het prachtige weer neem ik aan. Vervolgens gingen wij gescheiden ons weegs terug.
Ik koos er voor om door het Planti, het park dat het oude stadshart omstrengelt, te lopen en hier en daar te filmen en te fotograferen wat mij zo al voor de lens kwam. Dat leverde een compilatie van beelden van ontspannen mensen op die alleen of met elkaar zaten of liepen te genieten van de schoonheid en rust om hen heen. Er heerste een volkomen ontspannen sfeer, een sfeer van dolce far niente.
Bij de bekende stadspoort met de nog intacte stadsmuur, waar een leuk orkestje stond te spelen, ging ik weer richting Grote Markt en kwam zo in drukke straat, de Ucala Florianski.
Vooral hier kreeg je de indruk dat de Polen een wat meer ontspannen volk zijn dan wij Nederlanders. Ze mogen hier dan minder verdienen dan bij ons, maar ze groeien wel sneller in welvaart en zijn bovendien nog niet lang geleden verlost van de knellende dictatuur van het door de Russen geleide Communisme van voor het optrekken van het Ijzeren Gordijn in 1989.
De Poolse paus Johannes Paulus die daar een substantiële bijdrage aan schijnt te hebben geleverd, samen met de vrije vakbond Solidarnosc van Lech Walesa, is mede hierdoor razend populair. In de Wawel- kathedraal wordt zelfs al een reliek van hem bewaard dat je als gelovige mag kussen als je het eerst met een lapje hebt schoon gewreven. Wat het is weet ik niet, misschien een teennagel. Deze paus is inmiddels al zalig verklaard, of zelfs heilig.
De Mariabasiliek aan de Grote markt mag echter het grootste altaar van Europa huisvesten. Deze kerk is in de 13e eeuw door de burgers van Krakau zelf gesticht. Het is een van de mooiste kerken uit de regio geworden.
Vooral het altaar is van een bijzondere schoonheid.
Kansel van de Mariabasiliek
Een interessante bijzonderheid aan deze kerk is dat elk uur vanuit de toren een bugelsignaal op de Grote Markt neerdaalt. Dit gebruik dateert uit 1421 en diende om de stad te waarschuwen bij naderend onheil. De toenmalige bugelspeler werd hierbij ooit gedood en sindsdien stopt het signaal halverwege de laatste toon.
The Old Restaurant & Wine Bar
Die avond hebben wij dan toch gegeten in het aanbevolen restaurant The Old Restaurant & Wine Bar. Twee avonden eerder hadden wij het niet kunnen vinden op Google maps, zodat ik er niet heen kon navigeren. Zeer merkwaardig.
Maar nu werkten we wijselijk met een ouderwetse plattegrond en lukte het wel. Bij aankomst bleek het een klein Pools restaurant te zijn, d.w.z met Poolse gerechten. Als voorgerecht sprak ons allen het meest de beetwortelsoep met granaatappelpitten, kaas en een toefje peterselie, dat in het midden dreef, aan. Dat bleek inderdaad een traktatie, donkerrood van kleur. Die kwam in de aanbeveling voor Trip Advisor terecht.
Het hoofdgerecht van twee van ons, eendenpoot met een in groene kool gerolde hoeveelheid met opnieuw granaatappelpitten, stukjes abrikoos en aangemaakte gort, viel wat minder goed. De eendenpoot was voortreffelijk, maar het bijgerecht was meer speciaal dan echt lekker en wat te machtig vanwege de gort, of was het nou toch boekweit?
De bediening was echter uit de kunst. Zo konden we zonder enig probleem drie gesplitste rekeningen krijgen, iets wat bij de Italiaan van gisteravond niet gekund had. Dit restaurant was bovendien smaakvol en zeer proper ingericht, waarin het zich ook onderscheidde van andere restaurants, die wij bezocht hadden. Speciaal de oude foto's van Krakau aan de wanden en de zwarte piano die in ons vertrekgedeelte stond gaven cachet aan deze zaak.
Daarbij viel de rekening ook erg mee, want wij waren voor ons tweeën, inclusief mineraal water en twee glazen wijn, slechts 130 Zloty’s kwijt. Dat is nog geen € 35. Daar kon dus wel een fooi bij van pakweg 10%.
Van de vier bezochte restaurants in Krakau sprak ons uiteindelijk Pino, dat we twee keer gefrequenteerd hadden , toch het meest aan. Je zat er dan wel niet zozeer exclusief, maar je zat er wel goed en de sfeer sprak ons het meeste aan. Een beetje Amerikaans, geen onnodige poespas, een vlotte bediening en bedrijvig.
Terug naar de Kaiserstuhl in Zuid-Duitsland
De terugkeer naar het vliegveld was dit keer een verademing bij wat we bij andere reizen nogal eens hadden meegemaakt. We werden om 9.00 uur bijna exact voor ons appartement afgehaald door een chauffeur met het zelfde comfortabele busje als bij aankomst. In amper 20 minuten waren we op het vliegveld. Dat hadden we wel anders meegemaakt, zoals ik al eens elders heb beschreven.
Om twee uur waren we weer terug op het Air Europe vliegveld en een klein uur later zaten we voor een verlate lunch op een verrukkelijk in de schaduw van een kastanjeboom gelegen terras van Gasthof Löwen in Sasbach, een bevallig dorpje in het gebied van de Kaiserstuhl.
Daar heb ik de lekkerste gebakken aardappeltjes gehad die ik mij kan heugen, in kleine platte dobbelsteentjes met een snuifje peterselie. Daarnaast een rijke salade met wortelreepjes, rettich, sla , tomaat en nog enkele ingrediënten. Ook de Jägertoast van Maja lag beduidend boven het te verwachten smakelijkheidsniveau.
De bediening was vriendelijk en vlot. Het gescheiden afrekenen gaf geen enkel probleem.
Inclusief een royaal gevuld glas witte trockene wijn en een biertje van 0,3 l kwam het bedrag voor ons tweeën op € 25,60. Zo komt bruin er in Nederland niet van af.
Einde
Zie ook
Hongaarse rapsodie-2 (Boeda-Pest)
Ons bezoek aan de Eeuwige Stad