Dit jaar kozen we voor een vakantie op een voor de auto in één dag rijdbare afstand. Dat was niet alleen om de toegenomen stress rondom een vliegreis te ontgaan, maar ook om wat je noemt “klimaatverantwoord” op pad te kunnen zijn. Verder wilden we niet naar toeristisch overlopen gebieden en ook niet naar de zuidelijke hitte. Daarmee loop je een gerede kans dat je dan in de Harz terecht komt. Daar hebben we geen spijt van gehad.

 

We kwamen we dus uit bij de Harz. In een halve dag rijd je daar gemakkelijk met de auto naar toe. De Harz is een zeer bosrijk middelgebergte, weinig toeristisch, maar erg mooi gebied, een stukje ten zuidoosten van Hannover.  

Afgezien van de al jarenlange bottleneck bij Bremen ging de tocht van Groningen naar Braunlage in de Harz redelijk relaxed. Veel minder dan eerder werden we ingehaald door gasten in vooral BMW’s en Audi’s die lak hadden aan milieu en medeweggebruikers.

Toen we eind van de middag de Harz bereikten schrokken we ons echter bijna lam. Zagen we hier de voorbode van het armageddon wat ons te wachten stond als de klimaatverandering doorzet? Het was een ontluisterend, onthutsend gezicht. Geen boom stond hier nog overeind. Van hele hellingen waren alle bomen tegen de vlakte gegaan. Kilometers lang reden we door een woestenij van dode stammen die of nog als staken in de lucht staken, als waarschuwingen voor het naderend einde van een voor mensen leefbare wereld of die al horizontaal lagen en gedeeltelijk al van hun dode bast ontdaan en in hanteerbare stukken gezaagd. Klaar voor de papierindustrie en anders de biomassacentrales.

Direct bij aankomst op onze bestemming vroegen we naar het hoe en waarom van deze catastrofe. Het antwoord was de al jarenlang heersende droogte. Daardoor kreeg de dennenscheerder, een kever, de kans de dennen aan te tasten met massasterfte als gevolg.

Het is merkwaardig dat in de informatie die je op internet tegenkomt uitsluitend gesproken wordt over sparren die aangetast zouden worden. Terwijl de naam dennenscheerder al aangeeft dat het voornamelijk de dennen zijn die het haasje zijn. De pinussen dus ofwel pijnbomen. Het viel op dat de meeste sparren, de picea’s, het wel leken te redden.

Een blessing in disguise

Intussen is deze ogenschijnlijke catastrofe toch ook een blessing in disguise. Want er zal nu een veel gezonder en krachtige begroeiing voor in de plaats komen. Het punt was namelijk dat de dennen niet de natuurlijke begroeiing van de hellingen waren, maar aangeplant door de mens die deze bomen als productiebos voor de mijnbouw gebruikten.  Van nature groeiden hier echter loofbomen - beuken, gemengd met esdoorns, berken, essen en andere boomsoorten.

Door de extreme bomensterfte is het gebied intussen ook al veel opener geworden waardoor je op veel meer plekken van prachtige uitzichten kunt genieten. Kortom, de Harz is opengegaan.

 

Interessante plaatsen in de Harz

 

Goslar

De plaats Goslar mag bij een bezoek aan de Harz zeker niet overgeslagen worden.

Deze duizendjarige stad, in 1992 uitgeroepen tot Unesco Werelderfgoed,  herbergt veel historisch cultureel erfgoed, wat zich graag bezichtigen laat. Daartoe is een groot deel van de binnenstad autoluw gemaakt. Aan de rand daarvan bevinden zich goed bereikbare parkeerplaatsen, waar je voor slechts een euro per uur kunt parkeren. Op de prachtige marktplaats kun je plaatsnemen op een terras van een van de vele etablissementen hier en genieten van een drankje, een hapje en het uitzicht op de fraaie gebouwen en de voorbij slenterende bezoekers. Happy hours here. In de nabijgelegen straatjes met veel lommerrijk groen zijn veel kunstwinkeltjes.

 

 

 

 

 

Wernigerode

Een bijzonder aardige plaats om te bezoeken is Wernigerode in het noordoosten. Het aardige zit hem in de fraaie Altstadt met het marktplein als onbetwist hoogtepunt. Aan een van de langs dit plein in gemoedelijke sfeer gelegen terrassen zou je wel de hele dag kunnen verblijven.

 

 

 

De stad van ruim 33.000 inwoners wordt ook wel “De bonte stad van de Harz” genoemd. Vermoedelijk vanwege de veelkleurige vakwerkgebouwen. De vakwerkstad Wernigerode werd al in de twaalfde eeuw gesticht. Het is dus een zeer historische stad. Het prachtige stadhuis dateert waarschijnlijk uit de dertiende eeuw en wordt gerekend tot de mooiste van Europa.

Bezienswaardig is ook het kasteel van Wernigerode dat hoog boven de stad uittorent. Het is te bereiken met een toeristentreintje, dat vooral voor kinderen natuurlijk aardig is, maar je kunt het ook te voet benaderen. Behalve dat een kennismaking mogelijk is met de leefwijze van de Duitse adel, die Wernigerode ruim 800 jaar bestuurd hebben, loont ook een blik in de kasteeltuin.

Verder is in het burgerpark van Wernigerode het miniatuurpark “Kleiner Harz”, bezoekwaardig.

Een paar kilometer ten zuidwesten van Wernigerode ligt de Ottofels, een prachtig 36 meter hoog natuurmonument. Deze rots kan met behulp van verschillende ladders beklommen worden en biedt een schitterend uitzicht over het noordelijke Harzvoorland tot aan de Brocken. Deze hebben we nog niet bezocht.

Ook is Wernigerode het vertrekpunt van de “Harzquerbahn”. Dit is een van de smalspoorwegen die dwars door de Harz lopen en waarop stoomtreinen dienstdoen. Zo kan vanuit Wernigerode de Brocken per spoor bereikt worden. De “Brockenbahn” rijdt tot aan het plateau van de Brocken, met 1141meter de hoogste berg van de Harz.

 

Wij hebben van die Brockenbahn echter geen gebruik genaakt. Wel leuk natuurlijk, maar de ticketprijs van €51 p.p. vonden we minder leuk. Dat komt in de buurt van de prijs van een gondeltochtje in Venetië en dat hebben we daar ook niet gedaan. Het stak ook wel erg vreemd af met de rabatprijs die de Duitse regering voor het treinreizen in het hele land net had afgekondigd. Voor € 9 kon je in het hele land gedurende de zomermaanden een maandlang onbeperkt reizen. Alleen niet naar de Brocken dus.

De Harz is dan wel ouderwets in allerlei opzichten, maar niet dus in de ticketprijs voor het smalspoor hier.

 

Kräuterpark Altenau

Een interessante plaats voor liefhebbers van kruidentuinen is het  Kräuterpark bij Altenau. Het is het grootste kruidenpark van Duitsland. Interessant is vooral de Kruidenpagode waarbinnen op aanschouwelijke wijze de geschiedenis en betekenis van kruiden is te volgen. In de bijbehorende winkel zijn tal van kruiden en aanverwante producten te koop.

 

Bezoek aan Gedenkstätte  Ijzeren Gordijn

Een gedenkwaardig bezoek tijdens ons verblijf was dat aan een bewaard gebleven stuk van het Ijzeren Gordijn. Een overblijfsel van wat na de nederlaag van Nazi-Duitsland de “Koude Oorlog” genoemd werd. Het Ijzeren Gordijn werd de scheidslijn die het communistische deel van Europa scheidde van het kapitalistische westen. Ik heb nergens kunnen vinden welke partij dat ijzeren gordijn feitelijk heeft opgetrokken, maar aannemelijk is dat het de heersers van het zelfbenoemde arbeidersparadijs waren die hun samenleving wilden beschermen tegen de in hun ogen verderfelijke invloeden van het kapitalistische westen. In werkelijkheid leek het echter in de eerste plaats te gaan om het verhinderen van een braindrain naar dat verdorven westen. Hun arbeidersparadijzen moesten dan ook volledig afgesloten worden van het westen. Vooral in de DDR was dat de opzet. In Berlijn werd in 1961 zelfs een muur opgebouwd om te verhinderen dat te veel Oostduitse burgers naar het veel welvarender en vrije West Duitsland zouden vluchten.

Zoals bekend viel de muur in 1989 en kort daarna werd het hele Ijzeren Gordijn ontmanteld. Maar in de Harz is er dus nog een stukje van te zien.

In de buurt van Sorge waar dat Ijzeren Gordijn liep hebben we kunnen zien hoe die afsluiting in zijn werk ging. Midden in de lieflijke, ongerepte natuur van de Harz, die door de Grote Mogendheden van toen in tweeën gescheurd werd.

Langs “het pad der herinnering” zag je de overblijfselen ervan. Stukken van het drie meter hoge hek met daarbovenop uitstaande staken en het geheel omvlochten met prikkeldraad. Daarbij een zogenaamde uitkijkbunker. Je kon er als grenswacht net in staan en door het nauwe kijkgat spieden of er in het niemandsland een levend wezen bewoog dat van de ene naar de andere kant zou willen. En als je zo iemand zag moest je de grenspatrouille waarschuwen.  Een eind verder zagen we een overgebleven wachttoren, geheel van beton opgetrokken en boven voorzien van een zoeklicht. Alles hier ademde een grote naargeestigheid. Dat de mens midden in deze prachtige natuur zich heeft kunnen verlagen tot een zo absurde stompzinnigheid. Waardoor families die aan weerszijden langs deze muur van haat woonden elkaar niet meer konden bezoeken.

 

En nu dreigen we met zijn allen in Europa weer in een vergelijkbare situatie terecht te komen. Je werd er niet vrolijk van. In het kleine grensmuseumpje konden we er nog van alles meer over gewaar worden. Zoals de inhoud van de plechtige Fahneneid die de DDR grenspolizisten moesten afleggen. Ik heb hem helemaal gelezen en werd er bijna onpasselijk van. Bijvoorbeeld van de volgende passage:

Ich schwöre ein ehrlicher,tapferer, disziplinierter und wachsamer Soldat zu sein, den militärischen Vorgesetzten unbedingten gehorsam zu leisten, die Befehle mit aller Entschlossenheit zu leisten und die militärischen und staatlichen Geheimnisse immer streng zu wahren.

En dan als laatste zin:

Sollte ich jemals diesen meinen feierlichen Fahneneid verletzen, so möge mich die harte Strafe der Gesetze unserer Republik und die Verachtung des werktätigen Volkes treffen.

Tot slot

De Harz heeft best een hoog vintage gehalte. Dat gold in ieder geval voor ons Hapimagresort in Braunlage. Krachtens het beleid van Hapimag volgt de bouw en inrichting van de resorts de stijl van het land. In de Harz is dat dus hout, want er is in dit landsdeel nauwelijks iets anders dan hout te vinden, hetzij in de vorm van bos, hetzij in de vorm van vakwerk. Hadden wij in onze huizen de vurenhouten schrootjes al zo’n dertig jaar geleden van onze plafonds verwijderd, hier zaten ze er nog nagelvast aan. Ook de tafels en kasten waren van hout. Het resort was overigens zeer royaal opgezet. De blokken van elk zes woningen waren door fraai aangelegde tuinen en paden van elkaar gescheiden. In de directe omgeving kwam je in het prachtig aangelegde Kurpark, waar diverse attracties in gelegen waren, zoals een in Kartoffels gespecialiseerd restaurant, die Kartoffelscheune en een casino.

 


 

Wat in deze omgeving al aardig vintage begint te worden is dat je op veel plaatsen nog met baargeld moet betalen. Zoals bij toiletten en parkeerplaatsen. Dat kan een mens in grote verlegenheid brengen als die met hoge nood voor een toilet staat en leest dat er 70 Eurocent gedeponeerd moet worden. Die hij dan niet bij zich heeft, omdat we in Nederland alle betalingen doorgaans per kaart verrichten en we vaak helemaal geen cash meer bij ons hebben. Je moet dan met je hoge nood eerst naar de kassa waar je als je geluk hebt een munt kunt kopen met je pas. En als je geen geluk hebt moet je eerst nog een geldautomaat op zoeken. Die bij een benzinestation meestal niet in de buurt is. Dus, ben je in Duitsland, zorg dan dat je altijd een paar losse Euro’s op zak hebt. Anders kun je een hele slechte dag hebben.

Een prettiger kant van het vintagekarakter van dit deel van Duitsland is dat je in je auto niet voortdurend wordt opgejaagd door snelheidsduivels. Het is er heel rustig op de overigens prima wegen. Je kunt dus onderweg als bestuurder ook nog van de vele fraaie uitzichten genieten. Een autotochtje in de Harz is dooreengenomen dan ook een plezierige belevenis. Op de meeste wegen hier mag je ook niet harder dan 80.

Wat misschien ook vintage genoemd mag worden zijn de culinaire gewoonten hier. Het is nog steeds veel Bratwurst, Schweinbraten en allerlei Burgers. We hebben in Braunlage dan ook eigenlijk maar één keer een beetje behoorlijk kunnen dineren. Dat was in de Kleine Auszeit in Braunlage.

Toch zijn er meer eetgelegenheden dan winkels in deze plaats en die zitten ’s-avonds ook nog eens allemaal vol. Maar een goed visrestaurant hebben we niet kunnen ontdekken. De forel die je bijvoorbeeld echter wel bij van het Hapimag resort kunt krijgen komt dan ook niet uit een naburige bergbeek, maar uit een kweekvijver. Die overigens toch prima smaakte. Braunlage had echter wel een goed Italiaans restaurant (Rialto) , waar je absoluut moest reserveren.

einde