Verslag van een excursie naar de Wassenaars slag

Vorige week maakte ik samen met mijn oude dienstkameraad Guus en mijn zus een excursie naar een beladen historische plaats: de plek waar onze vader in de meidagen van 1940 bijna het leven had gelaten toen zijn eenheid midden in de nacht van de 10 e op de 11e mei door Duitse parachutisten in de duinen bij Wassenaarse slag overvallen werd. Ik had dat eerder uitgebreid beschreven op mijn website.DSC04266 Schuldig landschap

Gelukkig reageerde er een Peter Sluimer op mijn hier gedane bevindingen en hij meldde dat hij met een groepje vrijwilligers doende was met nasporingen over de precieze locatie van de overval.  Na verloop van tijd kreeg ik weer een bericht van hem waarin hij meldde dat ze nu met  zekerheid de plek des onheils hadden weten te traceren en dat hij mij als ik dat wilde die plek wel zou willen wijzen. Nou, dat wilde ik wel en mijn zus ook.

En zo toog ik op een fraaie nazomerdag voor de tweede keer, nu met mijn zus en vriend Guus uit mijn militaire diensttijd, naar de ontmoetingsplaats aan de Vanderdoeslaan nr 3 in Wassenaar, waar wij kennismaakten met Peter Sluimer. Peter was vrijwilliger bij Staatsbosbeheer en had vroeger als kind, hij was nu 66,  met zijn vader die een melkhandel had, veel in deze streek getoefd. Dat was weliswaar al een tijd na de oorlog, maar hij kreeg toen nog wel het nodige mee van de gebeurtenissen in mei 1940 en daarna. Vandaar zijn belangstelling.

Die belangstelling gold trouwens in het bijzonder de vele overblijfselen van de Atlantikwall, die de Duitsers na de capitulatie van ons land zijn gaan oprichten in en achter de duinen langs de Nederlandse kust. Onze excursie kreeg daarmee een extra dimensie, want Peter zou ons ook rondleiden langs de vele bunkers die nog vrijwel geheel intact waren en die na het einde van de oorlog een nieuwe bestemming hadden gekregen.

Maar eerst onze rondleiding langs de killing field van Wassenaarseslag.

Ik vertelde hem wat onze vader daar over verteld had. Van die kapitein van hem die toen ze om twee uur ‘-s nachts in bivak gingen en in de omgeving enig gerucht hadden vernomen een duin was opgeklommen en luidkeels had geroepen “Is daar iemand? ” En toen het stil was gebleven had geconcludeerd dat er niets aan de hand was en dat de mannen rustig konden gaan slapen. Want zij waren hondsmoe na een urenlange tocht door zwaar terrein. Wachtposten werden niet uitgezet. Amper een uur later werden zij toen van drie kanten aangevallen door Duitse Fallschirmjäger en luchtlandingstroepen. De bataljonscommandant, majoor La Roi, had echter nog geroepen “Niet schieten, het is eigen vuur” Niemand heeft nadien begrepen wat deze commandant, die zelf ook sneuvelde, ertoe bewogen heeft dit bevel te geven. Ter plekke sneuvelden 22 Nederlandse militairen en nog eens acht overleden later aan hun verwondingen.

Mijn vader heeft verteld dat, toen hij zich wilde oprichten om zijn mitrailleur in stelling te brengen, hij al omringd was door Duitsers die hem met hun mausers onder schot hielden. Gelukkig kon hij nog snel zijn handen omhoog steken waarop hij, zoals Peter wist aan te vullen, met het hele bataljon krijgsgevangen werd gemaakt en met driehonderd man in een naburige boerenschuur werd ondergebracht. Waar ze zonder eten en drinken drie dagen werden vastgehouden, totdat de capitulatie kwam en ze door hun vrouwen konden worden opgehaald. Dat laatste heeft mijn moeder zich ook herinnerd. Ze had mijn vader toen heel sloom gevonden zei ze. Maar wat een wonder, hij was nog compleet versuft geweest door wat hij had moeten doorstaan.  Maar godzijdank had hij het overleefd. Anders hadden wij hier niet gestaan, want wij moesten nog geboren worden. Daar stonden wij wel even bij stil, in stilte. Daarna maakte ik een foto van het schuldige landschap.

Alle gesneuvelden werden in een veldgraf begraven, waar zij bleven totdat zij enkele weken later werden overgebracht naar de oorlogsbegraafplaats Het Lange Duin aan de Schouwweg. Om jaren later op het Ereveld Grebbeberg hun laatste rustplaats te krijgen.

Ik ben daar nog eens met mijn vader geweest. Maar met geen woord heeft hij toen gerept over zijn gevallen kameraden waarvan hij er waarschijnlijk meerdere gekend heeft, want ze kwamen allemaal uit de noordelijke provincies.

En nu stonden wij hier, dik drieëntachtig jaar later. Ik maakte een foto van het terrein dat Peter ons had aangewezen waar het gebeurd zou zijn. (Want helemaal zeker is de locatie van dit killing field niet)  Het bevond zich aan de oostelijke kant van de Wassenaarseslag ter hoogte van een huisje dat er nog steeds staat en dat indertijd als Duitse commandopost heeft gefungeerd. De gps-positie van dit huisje is 52.15.97 en 4.37.14. Een fraai fietspad loopt er vlak langs.  

DSC04263

Twee jaar eerder had ik ook al eens gezocht naar een monument dat  er naar ik dacht zou moeten zijn. Maar toen stuitte ik na lang zoeken, zo goed lag het verscholen, op het monument aan de Schouwweg in Wassenaar. Maar dit bleek een monument dat gewijd was aan alle in Wassenaar omgekomen militairen en burgers en dus niet specifiek aan de bij de overval in de duinen omgekomenen. Wel kwamen wij die dag in een herdenking terecht van een geheel andere tragische gebeurtenis in dezelfde omgeving. Dit betrof de dood van zes Franse commando’s die daar tijdens een verkenningstocht begin 1944 zijn omgekomen. Daarvoor is in 1985 een monument onthuld en het ceremonieel waar wij toevallig in terecht kwamen was daaraan gewijd. Ik vond het toen al vreemd dat er nergens een monument ter nagedachtenis aan al die gesneuvelde Nederlandse jongens bij de overval in de duinen te vinden was geweest. Maar wellicht kwam dat omdat men nog nooit de precieze locatie had weten te vinden.

Nu echter was die locatie wel bekend en zou er wat ons betreft alsnog een monument aangebracht kunnen worden. Al zou het maar door Staatsbosbeheer gedaan worden. Want die heeft toch oog voor historische plaatsen in het onder haar beheer zijnde gebied zou je zeggen.

De bezichtiging van deze historisch beladen plaats had niet veel tijd gevraagd, zodat we nog ruim een uur hadden voor die andere, meer publieke maar evenzeer historische bezienswaardigheid.


Die lag nog geen kilometer van de plaats waarvoor we gekomen waren. Dit ging om het nog vrijwel intacte bunkercomplex dat de Duitsers in de bezettingstijd hadden laten bouwen. Eerst was het als een uitvalsbasis tegen Engeland gericht geweest. Maar toen de Slag om Engeland door Duitsland verloren was en Duitsland Rusland was binnengetrokken  werd het een verdedigingslinie tegen een invasie vanuit Engeland. Op de foto de ingang van het complex Rijksdorp zoals het heet.DSC04270 Ingang complex Rijksdorp 001

Na de Duitse capitulatie werd het complex eerst verwaarloosd, waar het deels verwilderde bos nog een blijk van is. DSC04277 in het bos verscholen

 

Maar toen de Koude Oorlog een aanvang nam en de Sovjet-Unie over kernwapens ging beschikken heeft de luchtmacht, die vreesde dat Den Haag wel eens een oorlogsdoel zou kunnen worden, besloten om het complex weer op te kalefateren en het geschikt te maken als een atoomvrije schuilplaats voor de luchtmachtstaf  en delen van de regering. Dat moest natuurlijk in het grootste geheim gebeuren. Vandaar dat alleen ingewijden er weet van gehad hebben.DSC04271 geheim

Maar na het einde van de Koude Oorlog, bij de val van de Berlijnse Muur, is de sluier van geheimzinnigheid opgelicht en zijn er zelfs excursies naar het complex mogelijk.

Zo ook voor ons. Zo vertelde onze gids dat de Duitsers tijdens de bezetting daar op het voormalig landgoed Rijksdorp een bunkercomplex van wel dertig gebouwen door Nederlandse aannemers hadden laten oprichten. Vanwege de enorme hoeveelheid cement, staal en staal moest daarvoor zelfs een aparte toevoerweg aangelegd worden.

Van de vele gebouwen hebben we er zes van de meest interessante bezichtigd. In de meeste daarvan was elektrisch licht aanwezig. In een paar ander had je een goede zaklamp nodig. Het werd een voor ons zeer indrukwekkende tocht waarbij ons duidelijk werd hoe belangrijk dit complex tijdens de Koude Oorlog is geweest. Onze gids wist er boeiend over te vertellen. De muren van de grootste bunkers waren twee meter dik en moesten bestand zijn tegen een atoomaanval. De autoriteiten waren namelijk bang dat in geval van een conflict met de Sovjet-Unie den Haag wel eens een doel van een kernaanval zou kunnen zijn. Daarom wilde de luchtmacht in zo’n geval snel kunnen uitwijken naar een ”safe haven”. Ook de toenmalige Inspecteur Generaal van de Krijgsmacht, Prins Bernhard, had daar een onderkomen. Speciaal voor hem moest dat toen voor een paar ton nog extra aangepast worden dankzij onder andere oranje balken. Die zaten er nog steeds.

DSC04273 Met zand bedekte bunker
Ook werd de bovenkant van een andere bunker met een dikke laag zand verzwaard omdat dit naar men toen dacht radio-actieve neerslag zou neutraliseren. Van die rondleiding heb ik verscheidene foto’s en video’s gemaakt.  

De grootste bunker bleek overigens een ziekenhuis te zijn. De binnenkant van de bunkers is tijdens de Koude Oorlog grondig aangepast aan de nieuwe tijd. Er is zelfs nog een bunker bijgebouwd. Deze in 1955 door de luchtmacht gebouwde zogeheten dieselbunker had als doel om de stroom- en watervoorziening te waarborgen. Bij  de bouw rekening is  toen ook rekening gehouden met de eventuele noodzaak om er bij een oorlogsdreiging een deel van een ministeriec in onder te brengen. Dat is in 1986 ook gebeurd. WVC heeft daar tot 1989 een noodzetel gehad. Toen in dat jaar de Berlijnse Muur viel was die echter niet meer nodig. Overigens was de noodzetel in een andere bunker gesitueerd.

DSC04278 Bunker met gids
Kortom, het was een complete openbaring om daar verscholen in een oud en een beetje geheimzinnig bos kennis  te maken  met dit imposante onderdeel van de Atlantikwall en daarbij tevens te vernemen welke functie  diezelfde Atlantikwall na de oorlog gehad heeft in de al spoedig ontbrande Koude Oorlog tussen Oost en West. We liepen daar dus letterlijk tussen een hete en een koude oorlog in.

einde

 

Zie ook Mijn dienstplichtige vader in de meidagen van 1940